De trein brengt Ommen bloei en vooruitgang (4)

Economische vooruitgang en het doorbreken van het isolement. Dat waren de hooggespannen verwachtingen van de komst van de trein.

1901. Het jachthuis werd door de aanleg van de spoorlijn afgesplitst van landgoed Het Laar. Het nieuw aangelegde spoor is al zichtbaar. Het huis werd tot aan de oplevering van de stationsgebouwen tijdelijk bewoond door aannemer Constans Johan Groothengel uit Borne, hier gefotografeerd met zijn echtgenote Hermina Geertruida Fikkert (midden).

Bloei en voortgang
De belangrijkste steden waren al wel onderling door het spoor verbonden, maar het platteland bleef achter. Geen wonder dus dat veel gemeenten graag een spoorlijn en een station binnen hun grenzen wilden hebben. Ook de Ommer burgemeester Bouwmeester voelde zich aangesproken door de voorgespiegelde “bloei en vooruitgang” en was graag bereid mee te werken.

De gemeenteraad besloot in 1880 in te stemmen met een jaarlijkse subsidie van 20 cent per inwoner. Alles leek voorspoedig te verlopen. Echter, er ontstond onenigheid over het te volgen tracé en of het een stoomtram of een stoomtrein zou moeten worden. Toen er uiteindelijk overeenstemming was kon in 1900 de aanbesteding voor de aanleg gehouden worden.

Het Laar doorsneden
De aanleg van de spoorlijn had tot gevolg dat het landgoed Het Laar doorsneden werd. Het jachthuis kwam door de aanleg pal naast het zuidelijk baanvak Ommen-Mariënberg te liggen en daardoor geïsoleerd van het landgoed. Tijdens de bouw van de stationsgebouwen is het jachthuis nog even bewoond geweest door de aannemer Groothengel. Eind twintiger jaren heeft het jachthuis plaats gemaakt voor een twee-onder-een-kapwoning aan de huidige Hammerweg. De eveneens op het landgoed gelegen boswachterswoning “De Heidekamp” bleef wel als zodanig dienst doen. Echter, deze woning – met als laatste bewoner de familie Nijstad – werd in de negentiger jaren van de vorige eeuw alsnog afgebroken.

Drie stations-koffiehuizen
Ondernemend Ommen ziet handel in de komst van de trein. Immers, de treinreizigers moeten gevoed en gelaafd worden. En waar kan dat beter dan in een café. Er verrijzen drie stations-koffiehuizen in de omgeving van het station. Aan de noordkant van het spoor is het Steven Kuijt die een stations-koffiehuis begint. Ernaast vestigt zich het stations-koffiehuis van G.J. van Aalderen. En aan de zuidkant van het spoor begint in 1903 H. Guichelaar eveneens een stations-koffiehuis. In 1923 neemt de uit Dedemsvaart afkomstige Regnerus Ignatius (Reinier) Paping het café van Guichelaar over. Het is van korte duur want expansiedrift doet Paping verhuizen naar de noordkant van het spoor, waar hij in 1925 café van Van Aalderen overneemt en verder gaat onder eigen naam. Het is de start van het huidige hotel-restaurant Paping aan de Stationsweg. Het koffiehuis aan de zuidkant wordt vervolgens verbouwd tot een fabriek voor snoepjes en suikergoed met de naam “Moenania” door de heren Jan Peters uit Deventer en Chris de Graaf uit Amsterdam. Zo houdt Ommen op dat moment er geen drie maar twee stations-koffiehuizen op na.

Ommen ontdekken
Ter gelegenheid van de opening in 1903 van het tracé Zwolle-Ommen van de Noord-Ooster Locaalspoorweg Maatschappij (NOLS) wordt een wandelgids uitgegeven. Doel van de gids: de toerist opmerkzaam maken op de mooie natuurgebieden ten oosten van Zwolle en met name in de streek rond Dalfsen en Ommen. De trein zorgt ervoor dat toeristen Ommen ontdekken. De vakantiegasten worden met paard en wagen door campingeigenaren van het station gehaald of gebracht. Ook de Sterkampen van de Indische theosoof Krishnamurti profiteren van de trein en weet jaarlijks bezoekers uit de hele wereld te trekken voor het meerdaagse evenement op de Besthmenerberg. H.A.Kroone wordt door de gemeente aangesteld als vrachtrijder om de met het spoor aangevoerde goederen bij winkeliers en particulieren met paard en wagen te bezorgen. De PTT vervoert haar post per trein post en de Coöperatieve Landbouwersvereniging laat de producten voor haar klanten per rail aanvoeren. En niet te vergeten de trein maakt het reizen voor iedereen een stuk makkelijker en sneller.

Ommen Zuid
Voor Ommen betekent de spoorlijn ook uitbreiding van woningen en andere bedrijvigheid in Ommen Zuid. Er komt een zuivelfabriek iets verderop en een stoomzagerij/houtzagerij naast het spoor. De eerste grote villa met de toepasselijk naam “Hei en Dennen” verrijst.

Vanaf de brug in Ommen ligt een grindweg, met de naam ‘Grindweg naar Hellendoorn’. Na de komst van het spoorstation kreeg het eerste gedeelte van de weg de naam Stationsweg en de weg over het spoor Hammerweg. Eerder ging het om de weg naar Raalte, een zandweg die via de Nieuwebrug over de Regge liep en onderlangs de Archemerberg naar Raalte.

De foto’s van het jachthuis en van de bouw van de stationsgebouwen (zie deel 1) zijn ons welwillend beschikbaar gesteld door Constant Hulshoff, een nazaat van aannemer C.J.Groothengel.

1910. Aan de noordkant van het spoor is het Steven Kuijt die een stations-koffiehuis begint. Ook bekend als Wiltzangk. Nu pannenkoekenrestaurant ’t Laarbos

Tekst: Harry Woertink – Foto’s: collectie OudOmmen.nl

Plaats een reactie