Landgoed Junne kent veel cultuurhistorische elementen zoals boerenhoeves, agrarische esgronden, houtwallen, stuifzanden en heidegebiedjes.

2006. Boerderij in Junne met bakhuisje en waterput.
Op landgoed Junne bevinden zich boerderijen, (vakantie)woningen en een zagerij. Junne staat bekend om zijn gevarieerde bos. Junne is in de Middeleeuwen ontstaan als een esdorp op de overgang van de lage drassige gronden langs de Vecht naar de hoger gelegen gronden. De boeren hadden hier alles wat ze nodig hadden: akkers, weiden, hout en heide. Ze richten samen een genootschap op, de marke, waarin regels werden vastgesteld ten aanzien van aandeel en gebruik van de beschikbare gronden. Zo ontwikkelde Junne zich tot een authentiek esdorp met een brink. De meeste boerderijen in Junne liggen in een halve cirkel ten westen van de es, zodanig dat de bereikbaarheid van de akkers optimaal is.
Landhuis Spiker
In de periode rond 1800/1900 bouwen de meeste landgoedeigenaren naast de boerderijen een statig landhuis op hun landgoed. In Junne wordt omstreeks 1873 in opdracht van de familie Lüps het statige landhuis ‘Spiker’ gebouwd, dat omstreeks 1900 als gevolg van blikseminslag afbrandt. Het landhuis wordt niet opnieuw opgebouwd, maar de plek is door de aanwezige beukenlaan aan de Nieuwe Hammerweg ten zuiden van de buurtschap nog goed herkenbaar.
Het Landgoed in de 20e eeuw
Na de familie Lüps is het landgoed in 1931 in handen gekomen van baron M. Bentinck tot Buckhorst uit het naburige Beerze. Hij was de laatste particuliere eigenaar. Een treinongeval op het landgoed werd de geliefde Jonkvrouw Bentinck noodlottig. Na haar dood op 29 juni 1938 wordt het landgoed verkocht aan verzekeringsmaatschappij Amstleven, dat later Delta Lloyd werd. In 2018 is het landgoed, dat een oppervlakte van ongeveer 1050 hectare heeft, aangekocht door verzekeringsmaatschappij ASR.
Boerderijen op het landgoed
Op het landgoed staan een groot aantal karakteristieke boerderijen. Bijna alle (pacht)boerderijen in Junne zijn voorzien van een naam. ‘Weidelust’, ‘Het Meugje’, ‘De Diesel’, ‘Siegerink’ en ‘De Bakkerij’ is zo maar een greep uit de namen. In de loop van de tijd werden ook boerderijen afgebroken. Overigens zijn nooit alle boerderijen in bezit van het landgoed gekomen: vijf boerderijen bleven particulier. De laatste jaren neemt het aantal particuliere eigenaren weer toe, doordat het landgoed nu vrijkomende woonboerderijen verkoopt op erfpacht basis.
Bekende inwoners
Bekende inwoners van Junne waren onder andere Friedrich Karl (Karel) Seemann en Gerrit Jan Hesselink. Seemann bewoonde ‘De Witte Deel’. Hij had als boer twaalf koeien en was bekend als iemand die alles maken kon. Ook was hij nog fietsenmaker, loodgieter, visser, verkoper en reparateur van landbouwmachines. Verder had hij een houtzagerij en fungeerde als taxichauffeur. Een bospad op het landgoed is naar deze Seemann genoemd.
Gerrit Jan Hesselink werd in 1938 geboren op het boerderijtje van zijn ouders en grootouders aan de Marsweg 1 in Junne. Hesselink heeft zich op tal van zaken verdienstelijk gemaakt. Behalve boer was Hesselink vooral ook actief in het bestuurswerk, zoals de boerenbond, landbouwcoöperaties, bank en verzekering, gemeenteraad en ook voor de kerk. Daarnaast was zijn grote passie het schrijven van boeken over zijn eigen streek Junne.
Van Pallandt
Het begin van Junne als landgoed in 1718 is als baron Werner van Pallandt erve “de Brakel” aankoopt. Als er op Junne een boerderij te koop kwam werd deze het meest aangekocht door Van Pallandt. Na Van Pallandt zijn nog een aantal Twentenaren eigenaar van landgoed Junne geweest.
De Marke Junne werd in 1846 opgeheven. Mr. Peitz uit Almelo werd in 1858 eigenaar en in 1873 eerdergenoemde Johan Heinrich Wilhelm Lüps, een schatrijke Duitser uit Hannover, die ook in het bezit was van kasteel Biljoen bij Velp. Lüps had buiten Junne ook bezittingen aan de Groene Jager, Varsen en de Ommerschans. Het bekende zwaard van de Ommerschans werd op zijn grond gevonden.
Lüps bracht de Duitse rentmeester Seemann naar Junne evenals de Duitse dienstbode, Anna Munstermann. Later werd een zoon van Lüps eigenaar. In 1931 wordt Landgoed Junne bij publieke verkoop verkocht aan de familie Bentinck, wonende op huis Beerze.
Werkverschaffingskamp
Voor de Tweede Wereldoorlog was er in Junne -pal tussen de spoorlijn en de Beerzerweg- een werkverschaffingskamp. Werkloze arbeiders uit het westen moesten ontginningswerkzaamheden verrichten op het landgoed. Dit gebeurde met rijkssteun en onder leiding van de Nederlandse Heidemaatschappij.
In de bossen rond Junne werd tot eind jaren 60 hout gekapt dat vooral werd gebruikt als mijnhout voor de mijnen in Limburg. Het hout werd per trein vervoerd vanaf de bij de kruising van Beerzerweg en Nieuwe Hammerweg gelegen stopplaats. Het haltegebouw (niet meer dan een uitgebouwde wachterswoning) aan de spoorlijn Zwolle – Stadskanaal is in 1963 afgebroken.
Kamp Petiet
In de dertiger jaren van de vorige eeuw beginnen de heer en mevrouw Petiet uit Rotterdam aan de Junnerweg in Junne een kampeercentrum ook wel ‘Kamp Petiet’ genoemd. In 1935 en 1936 zijn de eerste zeven (houten) huisjes gebouwd en is er een park voor tenten, voor kampeerders. Ook kwam er een ruime kantine met kampwinkel. Het is alweer jaren geleden dat kamp Petiet plaats gemaakt heeft voor Bospark Landgoed Junne, nu goed voor meer dan tien comfortabele recreatiehuisjes in de Junner bossen.
Via deze link zijn meer foto’s te zien van landgoed Junne:
Tekst: Harry Woertink – Foto: Roel Volkerink