Den Oordt na zagen en malen Oudheidkamer Ommen

Zaagloods onder molen wordt Oudheidkamer. Zeskanter in Ommen zal niet meer draaien. De stichting Oudheidkamer Ommen krijgt binnenkort de beschikking over een permanente expositieruimte en daarmee tevens de gelegenheid haar verzameling streekherinneringen aan vroeger tijd den volke te tonen.

 Opening van de Oudheidkamer in de molen Den Oordt.
Foto: OudOmmen
Zie voor meer afbeeldingen het album “Molen Den Oordt / Streekmuseum”.

Onder de molen Den Oordt is namelijk een zaagloods in aanbouw, die na voltooiing door de stichting in gebruik genomen zal worden”, aldus kondigt de plaatselijke krant op 3 augustus 1963 de komst van de Oudheidkamer Ommen aan. De krant van toen vervolgt verder: “De zeskantige houtzaagmolen Den Oordt, die in 1824 als tweede-handse molen in Ommen werd geplaatst, werd in 1955 door het gemeentebestuur aangekocht. Het bouwwerk verkeerde op dat ogenblik in zeer vervallen staat, waardoor restauratie noodzakelijk werd. Deze werkzaamheden, die uitsluitend betrekking hadden op de molen, konden begin 1962 worden afgesloten”.

Oudheidkamer
De Oudheidkamer ging in 1952 van start in een pand aan de Kruisstraat. Sinds 1963 is de Oudheidkamer gevestigd in molen Den Oordt. In 1969 werd de expositieruimte uitgebreid met de bouw van een voormalig Tolhuis. Ook in 1988 volgde een uitbreiding. Toen werd aan de noordkant van de zaagloods een nieuw gebouw gerealiseerd. Vanaf toen ook ging de “Oudheidkamer” verder als “Streekmuseum”.

Kolk
Met de restauratie van molen Den Oordt ging een lang gekoesterde wens in vervulling voor Ommen maar was het complex overigens nog niet geheel in oude luister hersteld. Naast de houtzaagmolen lag namelijk in het verleden een waterkolk — als opslagplaats voor boomstammen — terwijl onder de molen een langgerekte zaagloods stond, waarin de stammen op een heen en weer glijdende slede tot planken werden verzaagd. De kolk werd gedempt, de zaagloods gesloopt. Het lag evenwel van het begin af in de bedoeling van het Ommer gemeentebestuur de gerestaureerde molen opnieuw met een zaagloods te completeren. De kolk zou daarentegen niet terugkeren. Het bleek niet mogelijk te zijn de restauratie van de molen en de bouw van de zaagloods gelijktijdig uit te voeren. Voor de bouw van de houten loods, die naar schatting toen een uitgave vergde van 15.000 gulden, was namelijk een rijksgoedkeuring vereist. En deze goedkeuring liet zó lang op zich wachten, dat pas na geruime tijd na voltooiing van de restauratie met de bouw van de zaagloods kon worden begonnen. Maar augustus 1963 was het zover dat onder de molen als vanouds weer van een zaagloods was voorzien, die geheel in de traditionele bijpassende stijl werd opgetrokken aan de hand van architect Jan Jans uit Almelo. Voor de Stichting Oudheidkamer kwam doordoor de gelegenheid vrij in de zaagloods een expositieruimte in te richten. Het bestuur van toen nam de Amsterdamse binnenhuisarchitect P. Crouwel in de arm om de zaagloods om te vormen in een moderne, aantrekkelijke oudheidkamer.

Korenmolen
Na de restauratie van molen Den Oordt is deze weer geheel voor gebruik gereed, zij het dan ook uitsluitend als korenmolen. Het lijkt echter niet waarschijnlijk, dat het maalwerk ooit nog eens in beweging zal worden gezet. In de eerste plaats omdat de exploitatie te kostbaar zou zijn, in de tweede plaats omdat in Ommen geen molenaar meer wordt gevonden. De oude molenaar van Den Oordt is vorig jaar overleden. Aanvankelijk leefde bij het gemeentebestuur het plan de molen een voor toeristen attractieve bestemming te geven. In de zomermaanden zou, volgens dit plan, de gelegenheid worden geboden in de molen graan te laten malen tot meel…. en de toeristen zouden het proces van begin tot einde met eigen ogen kunnen gadeslaan”, aldus de krant in 1963. “Dit plan werd inmiddels verlaten. Het bleek niet uitvoerbaar vanwege de hoge kosten, het ontbreken van een molenaar, het gevaar voor de bezoekers en …. het brandgevaar voor de molen zélf. Er blijven immers altijd mensen, die een rookverbod niet al te letterlijk opvatten! De molen Den Oordt, die nu al weer bijna anderhalf jaar in oude luister pronkt, heeft niet meer gedraaid en, zal waarschijnlijk alleen nog maar bij hoge uitzondering in beweging komen. En dat is jammer, want een stilstaande molen is een dood ding”, zo schrijft de krant. Overigens is de molen in 1998 alsnog weer maalvaardig gemaakt.

Tolhuis
In mei 1969 kan de Oudheidkamer de expositieruimte uitbreiden met een Tolhuis naast de molen. Dit Tolhuis stond eerder aan de Hammerweg in de buurtschap Besthmen. In 1913 werd de tol opgeheven. Laatste tolbaas was Hendrik Hazelhorst, die toen het tolhuis verliet. Daarna werd het bewoond door de provinciaal wegwerker Hutman. In 1961-1962 werd de weg geheel gemoderniseerd en moest het tolhuis met de mooie kastanjelaan worden opgeruimd. De typische bouw van het huis, met ramen voor uitzicht naar beide zijden van de weg, deed de provinciale waterstaat besluiten te trachten het huis te behouden. De afbraak werd aangeboden aan de gemeente Ommen, teneinde het wederom te herbouwen op een andere plaats. Door de dienst gemeentewerken werd, vóór de afbraak alles in tekening gebracht en het afbraakmateriaal werd tijdelijk opgeslagen. Zo lag de afbraak enkele jaren te wachten en te vergaan. Het houtwerk was al niet meer bruikbaar. Totdat de Oudheidkamer, die in de gerestaureerde molen was gevestigd en ruimtegebrek had, een verzoek indiende tot herbouw van de zaagloods. Door het inschakelen van vaklieden, die niet in het gewone arbeidersproces een plaats hadden gevonden en toch aan werk moesten worden geholpen, is de herbouw uiteindelijk gelukt.

Bron: Harry Woertink – 17 december 2019

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s