Sinterklaas is weer in het land en doet menigeen kinderhart sneller kloppen. Ook in Ommen is de Goedheiligman weer gesignaleerd.
De Goedheiligman gezeten in de auto gereden door Klaas Klosse, werkzaam bij garage Luttekes aan de Stationsweg. Naast de chauffeur zit Harm Zandbergen en achterin Carel Siero van het ontvangstcomité.
Foto: OudOmmen
Zie ook het album “Sint Nicolaas”
Al jaren wordt de Sint hier vorstelijk ingehaald. In 1949 kwam Sint-Nicolaas met de trein naar Ommen. Honderden kinderen waren naar het NS-station gekomen voor een hartelijk ontvangst van het Spaanse gezelschap. Met de auto maakte Sint toen een rondgang door Ommen, gevolgd door een kinderfeest in de toneelzaal van Hotel De Zon. In de krant staat de dag erop het volgende verslag: “OMMEN. Honderden kinderen hadden zich Dinsdagmiddag bij het station opgesteld om Sint-Nicolaas te verwelkomen, die precies om half twee met de trein uit Zwolle arriveerde. Vanwege het slechte weer was de hoge gast zo verstandig geweest, zijn paard in Zwolle achter te laten. Namens het comité van ontvangst werd hij welkom geheten door de heren Harm Zandbergen en Carel Siero. Nadat de Sint en zijn twee knechten in een auto hadden plaats genomen, ging het in optocht naar de zaal van Hotel De Zon. Hier werd de kinderen van de Openbare, Hervormde en R.K. Scholen een echte gezellige middag geboden. Nadat de Sint vertrokken was werd er poppenkast vertoond en trad nog een heer op met zijn sprekende Pop. De kinderen hebben zich kostelijk geamuseerd, dankzij het initiatief van de muziekver. Crescendo en de medewerking der burgerij.”, tot zover het verslag uit de krant van 1949.
Kameel
De laatste jaren kom Sinterklaas in Ommen aan met de boot over de Vecht. Maar dat was ook wel eens over het Ommerkanaal. Was er geen boot dan werd het trein, (open)auto of brandweerauto. De ritjes door het centrum waren ook gevarieerd: op schimmel, in de koets of in de arrenslee. Zelfs kwam er al eens een kameel aan te pas. Sinterklaas is voor Ommen geen vreemde. Sinds 1900 mag Ommen zich verheugen op de komst van de Goedheiligman. Daarna kon de jeugd van Ommen blijven rekenen op zijn komst. De Ommer courant bericht in 1923 het volgende over de komst van Sint: “Vooraf gegaan door de muziekvereniging Crescendo trok een groote schare kinderen naar het station, om den goeden Sint, die met de trein van half twee uit de richting Junne zou aankomen, feestelijk in te halen. De verwelkoming was dan ook allerhartelijkst, de kleinen popelden van plezier”. Verder wordt in de krant van 1923 melding gemaakt dat Sint met zijn Piet ‘stadswaarts’ gaan voorafgegaan door Crescendo en verschillende straten aandoen. Ze blijven alleen niet op het Marktplein maar gaan naar hotel de Zon voor een ‘mooie bioscoopvoorstelling’.
Zuute plassies
Sinterklaas en zuute plassies horen bij elkaar. Voor veel Ommenaren zijn zuute plassies een traditie. “Zuute” staat voor zoet en “Plassie” voor broodje, met als voornaamste smaakmakende bestanddelen stroop en anijs. Zuute plassies gaan letterlijk en figuurlijk als zoete broodjes over de toonbank. Omdat ze zo goed in de smaak vallen kan Ommen vandaag de dag nog steeds genieten van dit luxebroodje. Voor wie ze (nog) niet kent: een zacht stroopbroodje in honingraatvorm gebakken met een doorsnee van 6 cm en 4 cm hoog. Aan de bovenkant goudbruin, binnenin grijsachtig oker en ze zijn het lekkerst met een klein beetje boter.
Zoet en lekkers
Zuute plassies zijn er al sinds 1878 en werden voor het eerst gebakken door bakkerij Makkinga. Het populaire broodje vindt oorsprong in het feest van Sint-Nicolaas toen het van een rooms-katholiek heiligenfeest is geworden tot een niet-kerkelijk feest. Toen kregen veel elementen van de huidige Sinterklaasviering vorm en brak de tijd aan van zoet en lekkers. In het midden van de negentiende eeuw kenden verhoudingsgewijs Ommen een groot aantal bakkers. Om hoofd te kunnen bieden tegen de moordende concurrentie moesten de bakkers met nieuwe bakproducten komen. De verkoop van de luxebroodjes was een mooie aanvulling op de omzet. Zo is eigenlijk het zoete plasje als een feestbroodje voor de dagen rond Sinterklaas ontstaan. Als midwinterbaksel lag de toevoeging van anijszaad dan ook voor de hand. Ondanks dat het recept voor de andere bakkers geheim was, kwamen zij min of meer tegelijk met hetzelfde broodje op de markt. Opmerkelijk daarbij was dat alle bakkers dezelfde benaming voor deze lekkernij kozen: zuute plassie, ofschoon sommige bakkers er wel hun eigen schrijfwijze op nahielden variërend van zuute plässie tot zûte plassie.
Bron: Harry Woertink – 19 november 2021