Voordat in 1959 in Ommen een Oranjevereniging werd opgericht werd het Oranjefeest georganiseerd door een Oranjecommissie. Deze commissie bestond voornamelijk uit plaatselijke notabelen.
De organisatie van de Oranjefeesten was tot 1959 in handen van een Oranje-Commissie, op de foto de Oranjecommissie uit 1930 met v.l.n.r.: C.J. Siero, B.J. Bosscher, J. Lokin, F. Fennema, G. de Levie, Mw. Mulert, J.v.d. Kolk, J. Lameijer, C. Mooijboer, C.J. Warnsinck.
Foto: OudOmmen
In 1951, nu 70 jaar geleden, had de Oranjecommissie voor Ommen meerdere activiteiten in petto. Muziekvereniging Crescendo zou betrokken worden bij de feestelijkheden op 30 april 1951 in verband met de opening van de nieuwe muziektent op de Markt. Voor de festiviteiten op 5 mei hadden de plaatselijke muziekverenigingen hun medewerking al toegezegd en het Oranjefeest zelf werd vastgesteld op donderdag 30 augustus 1951.
Goede naam
Tot in de deftiger jaren van de vorige eeuw had het jaarlijkse Oranjefeest in Ommen een goede naam had. Uit de verre omtrek kwam men kijken om de traditionele historische optocht te bewonderen. Maar ook de andere festiviteiten klonken als een klok. Maar het lijkt nu de verkeerde kant op de gaan. Na de bevrijding in 1945 heeft men nog eenmaal zo’n echt Oranjefeest kunnen beleven en daarna is het zienderogen achteruitgegaan. De bevolking was over deze gang van zaken dan ook allesbehalve te spreken.
Vraagtekens
In de krant werd een oproep gedaan voor het jaarlijkse Oranjefeest weer een allegorische (bonte) optocht te organiseren. Echter, de krant plaatste vraagtekens bij dit voornemen van de Oranjecommissie vooral omdat de kwaliteit van eerdere optochten magertjes waren: “De grote vraag is of het dit keer wederom een debacle wordt of dat de echte Ommergeest over de jongeren vaardig wordt en men, zoals vanouds, met prachtige wagens en groepen tevoorschijn komt. Ommen is in afwachting. Het is nog maar kort dag, maar waar een wil is, is een weg”, concludeert de krant.
Een geslaagd feest met een uitmuntende stemming
Dan is het zover dat het Oranjefeest gehouden kan worden. Het lijkt wonderbaarlijk goed te gaan. De kop boven het krantenartikel luidt: “Ommen vierde Oranjefeest” en vervolgt met: “Terwijl de klokken donderdagmorgen beierden ter opening van het jaarlijkse Oranjefeest regende het pijpenstelen. Felle bliksemflitsen en zware donderslagen beloofden niet veel goeds. Maar ongeveer half negen klaarde de hemel op, zodat de kinderoptocht ongestoord doorgang kon vinden. Onder de vrolijke marsmuziek van Crescendo trokken de honderden schoolkinderen met oranje getooid, door Ommens straten, om zich naar het feestterrein te begeven. Burgemeester C. E. W. Nering Bögel sprak een kort openingswoord. De voorzitter der Oranjecommissie, de heer J. Drent dankte de burgemeester voor zijn waarderende woorden. Onder leiding van het onderwijzend personeel werden de traditionele spelletjes gedaan. Dankzij de medewerking der burgerij konden de kinderen ruimschoots onthaald worden. Des middags werd de allegorische optocht gehouden, waarbij wij wel enige vooruitgang konden bespeuren, maar toch kon deze niet in de schaduw staan met vroeger. Van de acht wagens vertolkten liefst vier de wens van een zwembad; wel een bewijs dat het ontbreken hiervan als een groot gemis gevoeld wordt. We zagen voorts twee aardige wagens van de Edith-Kleuterschool en een wagen die op geestige wijze de woningnood uitbeeldde. Het zigeunerleven schijnt ook altijd een dankbaar onderwerp, want deze vrolijke gasten ontbraken ook nu niet. De optocht werd geopend door de GVO. In hun smetteloze witte costuums maakten de turners en turnsters een keurige indruk. Hierna werden op het terrein de volksspelen gehouden, waarvoor grote animo bestond. Interessant was de rookwedstrijd, waarbij de sterke wind helaas spelbreker was. De kinderwagenrace en niet te vergeten de stoelendans vielen buitengewoon in de smaak. De feesten werden opgeluisterd door Crescendo onder de bekwame leiding van de heer G. Veldhuis en door Soli Deo Gloria o.l.v. directeur J. Brouwer. De dag werd besloten met het optreden van de Ghesellen v.d. Spele. Een geslaagd feest met een uitmuntende stemming”, aldus het verslag in de krant over het Ommer Oranjefeest in 1951.
Fiasco
Het jaar erop, in 1952, is men in Ommen minder te spreken over het geboden Oranjeprogramma. Buiten de schuld van de 0ranjecommissie is het feest namelijk een groot fiasco geworden. Het muziekgezelschap dat optrad uit Apeldoorn was ver beneden peil. Dit tot grote ergernis van velen, Het gezelschap maakte zich schuldig tot allerlei dubbelzinnigheden. De luidspreker, die regelmatig uitviel, was bovendien de oorzaak dat de tweede helft van de 80 meter lange tent niets kon horen. Niet dat men daarvan iets had gemist, maar tenslotte hadden ook deze mensen entree betaald. Het publiek achter in de tent trok zich dan ook niets meer van het toneel aan en amuseerde zich bij drie ijscowagentjes, die binnen waren gereden. Maar ook dit verveelde al spoedig en het publiek begon de tent te verlaten. Na de pauze hadden nog slechts enige honderden de moed opgebracht dit feestprogramma te blijven volgen. Het gemopper buiten was niet van de lucht en de Oranjecommissie was natuurlijk de zondebok. Na afloop is het “Soli Deo Gloria” nog wel enigszins gelukt de stemming er weer in te brengen. Er werd een rondgang door de stad gemaakt en op de Markt werden nog enkele marsen ten gehore gebracht en gezamenlijk enige vaderlandse liederen gezongen, zodat deze dag toch nog een waardig slot kreeg.
Zeggenschap
De gebeurtenissen op het laatste Oranjefeest was aanleiding dat enkele vooraanstaande verenigingsmensen de koppen bij elkaar staken om deze kwestie te bespreken. In aansluiting hierop werd in Hotel „Het Zwarte Paard” o.l.v. de Heer H. Makkinga een bijeenkomst belegd met vertegenwoordigers van plaatselijke verenigingen. Na uitvoerige besprekingen kwam men tot de conclusie, dat de oprichting van een Oranjevereniging waarvan alle ingezetenen lid kunnen worden, de gewenste oplossing zal zijn. Op deze wijze krijgt men de beschikking over vaste inkomsten en dan hebben ook de leden zeggenschap bij het opstellen van de programma’s, zo was de conclusie. Een commissie bestaande uit de heren H. Makkinga. G. Kruisman, A. van der Boon en G. v. Lenthe nam contact op met de Oranjecommissie om deze kwestie verder te bespreken en als deze met de plannen akkoord zouden gaan tot oprichting zou worden overgegaan van de Oranjevereniging.
Oprichting Oranjevereniging Ommen
Het zou dan nog tot 10 november 1959 duren voordat in Ommen Oranjevereniging Ommen wordt opgericht. De eerste ledenvergadering wordt gehouden op 15 december 1959 in café Weertman aan de Markt. In zijn openingswoord deelde voorzitter Graver mede, dat de nieuwe vereniging al 353 leden telt. Het vieren van alle verjaardagen van het Koninklijk Huis achtte de heer G. J. Seinen een onmogelijkheid. De voorzitter antwoordde dat er stond: „zo mogelijk” zodat men hiertoe niet verplicht is. Het aantal bestuursleden werd vastgesteld op negen en moeten alle levensbeschouwelijke richtingen in de gemeente vertegenwoordigen. Op een vraag van de heer J. van der Boon deelde de voorzitter mede, dat het Oranjefeest volgens wens van de koningin, op 30 april gevierd zal worden. Het bevrijdingsfeest wordt eenmaal per 5 jaar herdacht. Het bestuur kan zich bij het organiseren van feesten laten bijstaan door werkcomités uit de burgerij. Voor de statuten zal de Koninklijke Goedkeuring worden aangevraagd en de vereniging zal zich aansluiten bij de Federatie van Oranjeverenigingen. Na stemming werd het bestuur als volgt samengesteld: J. Graver, voorzitter; Johannes Hurink, secretaris; H. Wesselink, penningmeester en de leden G. J.
Seinen. J. Seigers. H. Wijnmaalen, G. Veurink. H. Bemboom G. Stegeman.
Koningsdag
Sinds 2014 wordt Koningsdag gevierd op de verjaardag van staatshoofd Willem-Alexander, 27 april. Vanaf koningin Wilhelmina (1891) tot en met koningin Beatrix (2013) heette de dag Koninginnedag. Gedurende de regeerperiode van Wilhelmina werd Koninginnedag tot 1948 gevierd op 31 augustus, haar verjaardag. Toen Juliana de troon besteeg, werd het feest in 1949 verplaatst naar de geboortedag van de nieuwe koningin, 30 april. Koningin Beatrix koos er bij haar aantreden in 1980 voor om de feestdag niet te verplaatsen en hem daarmee, in tegenstelling tot haar moeder en grootmoeder, niet op haar verjaardag, 31 januari, te vieren. Ze deed dit om haar moeder te eren. Een bijkomende praktische overweging was dat op haar eigen verjaardag het weer, in tegenstelling tot eind april, niet geschikt was voor een grootschalig buitenevenement.
Bron: Harry Woertink – 23 april 2021