De buurtschap Junne had ooit een havezate. De boerderij met de naam erve Hoyers of Nijenhuis maakte in de achttiende eeuw plaats voor een havezate, beter bekend als Huis Junne.
Zo moet ongeveer Huize Junne er uit hebben gezien.
Illustratie: Geeske Exel-Nijmeijer (uit het boek “Junne en haar bewoners” van G.J.Hesselink).
Zie ook het album “Huis Junne” met o.a. een link naar de geocache-wandeling “Het geheim van het huis Junne”.
In 1893 brandde Huis Junne tot de grond toe af en is niet meer herbouwd. Enkele veldkeitjes en een rechte bomenlaan nabij de brink van Junne zijn nog de enige stille getuigen. Erve Hoyers of Nijenhuis wordt volgens de volkstelling van 1748 bewoond door Gerit Hooijer en zijn vrouw Jannigje Claassen. Inwonend zijn dan het echtpaar Egbert Egberts en zijn vrouw Geesje Egberts met hun zoon Hendrik (onder de 10 jaar) en Lubbigje Egberts.
Havezate Oosterveen
In 1759 is de boerderij erve Hoyers of Nijenhuis nog steeds eigendom van de van Pallandt’s. In dit jaar wordt het recht van havezate van het voorname landhuis Oosterveen onder Nieuwleusen verlegd naar Junne. In die tijd gebeurde het meermalen dat het recht van havezate van de ene plaats naar de andere verhuisde. Dit kon met instemming van de Ridderschap en Steden. Havezate Oosterveen werd in 1640 gebouwd door Rutger van Haersolte die getrouwd was met Elisabeth Margaretha van Pallandt. Omdat het huwelijk zonder kinderen bleef, schonken ze het Oosterveen in 1663 als huwelijkscadeau aan hun neef Elbert Anthony van Pallandt en hun nichtje Johanna van Haersolte. Elbert Anthony liet zich daarna heer van Oosterveen, Eerde en Egede noemen. Ook zij stierven zonder nazaten en in 1759 liet erfgenaam August Leopold van Pallandt het recht van havezate Oosterveen verplaatsen naar erve Hoyers of Nijenhuis in Junne. De havezate Oosterveen zelf raakte in verval en kwam tenslotte in bezit van de familie Van Marle. In 1862 is het landhuis Oosterveen afgebroken.
Statig wit huis
Een havezate was in de regel een versterkt huis (burcht), hofstede, hof of hoeve. Oorspronkelijk was het een benaming voor een grote boerderij met land. In de 17e eeuw was de havezate een riddermatig goed. Het bezit hiervan was een voorwaarde voor lidmaatschap van een ridderschap. Het is wellicht denkbaar dat vanaf dat moment de boerderij Hoyers of Nijenhuis in Junne de status krijgt van havezate, de boerderij is afgebroken. Op de fundamenten is toen als vervanger een groter optrek gebouwd. Niet als havezate maar als landheerhuis en tevens als opzichterswoning voor de rentmeester van het landgoed. Junne kenner en bewoner Gerrit Jan Hesselink weet uit overleveringsverhalen van zijn grootvader dat het ging om een groot en statig wit huis met stallen en een schaapskooi.
Brand
Op 21 augustus 1893 brandde Huis Junne tot de grond toe af. De krant meldde dat de oorzaak van de brand onbekend is en dat de totale inboedel ook verloren ging. Het landheerhuis is tot aan de brand bewoond geweest door rentmeester Karel de Zeeuw, in dienst van Lüps, de toenmalige eigenaar die het landgoed van de van Pallandt ‘s had overgenomen. Huis Junne, gelegen recht tegenover een mooie beukenlaan en tussen de fijnsparren was door de brand verdwenen en werd nimmer weer opgebouwd.
Bron: Harry Woertink – 27 januari 2021