De buurtschap Arriën is ontstaan vanuit enkele boerenvestigingen op de Achteres en de Voores. Deze essen zijn akkercomplexen die werden bemest met een mengsel van schapenmest en heideplaggen uit de potstallen. Hierin werden de schapen ’s nachts gestald.
Oprukkende nieuwbouw richting Arriën.
Foto: Harry Woertink
Zie voor meer foto’s het album “2018 – Nieuwbouw rukt op”.
Op een vloer van steeds nieuwe heideplaggen werd de mest opgevangen. Zo’n schapenstal is nog aanwezig aan de Ridderinksweg en op het huidige brinkje. De akkers werden op deze manier langzaam opgehoogd met een laag zwarte humusrijke grond die wel meer dan een meter dik is geworden. De akkers en de weidegronden van de Mars waren vaak gemeenschappelijk bezit van de leden van de Marke Arriën. De buurschap Arriën is dus van oorsprong een esdorp, met akkers op de hoge es tussen de Vecht en de buurschap en graslanden op de lager gelegen marsgronden. Later was sprake van de Marke Arriën. Op de hogere zandruggen langs de Vecht ontstonden al gauw buurschappen met een sterk gemeenschapsgevoel. Al vanaf 1381 is sprake van de buurschap ‘Eryen’ of ‘Erien’, dat later ‘Arriën’ wordt.
De Marke
Een buurschap wordt gezien als de oudste lokale organisatievorm. In de buurschappen was nog sprake van noaberschap, waar men elkaar bijstand bood bij geboorte, huwelijk, ziekte of dood, maar ook praktisch te hulp schoot bij de oogst of schade. Eeuwenlang waren er ongeschreven wetten, maar naarmate de bevolking toenam ontstond een organisatie: De Marke. De Marke regelde het gebruik van de gemeenschappelijke gronden. Zij hadden hun eigen rechtspraak met een Markerecht. Daarin werd het gebruik van de woeste gronden geregeld, zoals het hakken van hout, de voor- en naweide, het weiden van varkens op eikels in het bos, de veedrift en het schutten van vee. Een keer per jaar werd een markevergadering of holtsprake gehouden onder voorzitterschap van de Markerichter. De eerste markevergadering werd gehouden op 5 augustus 1549. In Arriën was dat op de Brink, de eerste werkdag na de Ommer Bissingh. De Markerichter van Arriën was tot 1817 eigenaar van erve Ridderinck en na zijn overlijden diens erfgenamen. In 1839 had Arriën 180 bewoners en ook nog een schooltje. Toen de verkoop en verdeling van de Markegronden onder de gebruikers was voltooid kwam in 1853 een einde aan de Marke Arriën.
Veldnamen
Arriën kent vele oude veldnamen die nog steeds gebruikt worden en op die manier de rijke historie kleur geven. Zo wordt met de “Woerte” een hooggelegen droge plek aangegeven. Ideaal om vlak bij het water van de rivier de Vecht een boerderij te vestigen. Deze naam is blijven voortleven in de familienaam “Woertink” die daar woonde. Verder is sprake van de Angelstee. Geen plek waar engelen huisden, maar waar je in een kolk goed kon vissen. Een andere bekende benaming in Arriën is de Tempel. Dit was geen religieuze plaats maar een puntig stuk grond, “een Timpe” later verbasterd tot tempel. De Doevelsteeg is een zandweggetje dat liep naar een voormalige boerderij de Duif. In de streektaal is duif: doeve, waar later een “l” als verbindingsletter is tussengekomen.
Historische boerderijen
Arriën heeft verschillende historische boerderijen. Een daarvan is “Erve Nijenkamp” gelegen aan de Otmansweg in Arriën. Deze hoeve was één van de eigen geërfde, of ‘ghewaerde’ boerderijen van de Marke Arriën. In 1823 is Albert Nijkamp eigenaar van erve Nijenkamp. Later komt schoonzoon Hendrikus Bartels er bij wonen en neemt in 1894 de hoeve over. In 1906 gaat de boerderij over naar zoon Gerrit Hendrik Bartels om in 1939 opgevolgd te worden door diens zoon Hendrik Bartels. Van 1961 en 1975 is dan vervolgens schoonzoon Gerrit Willem Kroeze eigenaar, totdat het in 1975 wordt overgenomen door de huidige eigenaar Johan Sterken. Laatst genoemde heeft de boerderij grondig verbouwd en gerenoveerd waarbij de karakteristieke bouwstijl van de boerderij in ere is gehouden.
De Vlierlanden
“Dorps en landelijk”, dat is wat de jongste woonwijk “De Vlierlanden” moet gaan uitstralen. Aan de noordoost kant van Ommen op het vroegere gebied van Arriën wordt momenteel volop gebouwd. De stadsuitbreiding rukt op. De nieuwbouw dreigt de oude buurtschap Arriën op te gaan slokken. Met naamgevingen voor straten is getracht herinneringen van vroeger op te roepen. De hoofdontsluitingsroute in De Vlierlanden kreeg de naam Vlierendreef. Verdere straatnamen zijn Marckerichter, Lantheer, Veldschutters, Schutstal, Markeboek, Boermarke en Holtswoeren. Volgens de website van de gemeente Ommen zijn deze straatnamen gebaseerd op de historie van de Marke Arriën. De voorzitter van de Marke werd Markerichter genoemd. Eigenaren van een aandeel in de Marke of edelen noemde men Lantheer. Veldschutters hielden toezicht op het vee. Verder wordt op de website van de gemeente vermeld dat deze straatnamen tot stand zijn gekomen in overleg met de plaatselijke historische vereniging CCO. Echter, zo is gebleken binnen de CCO is niemand op de hoogte van de vaststelling van deze straatnamen.
Bron: Harry Woertink – 3 november 2018
Markeboek en Boermarke als straatnamen dicht bij elkaar lijkt me niet echt doordacht.
LikeLike
Woertink woont er nog steeds 😉
LikeLike