• De raad besluit het houden van varkens, runderen, geiten, bokken of schapen in de bebouwde kom te verbieden. Daarmee word beoogd te voorkomen het vestigen van nieuwe boerderijen of het verplaatsen van bestaande boerderijen. Voor de bestaande boerderijen wordt een vergunningsstelsel ingevoerd, hetgeen gezien moet worden als een overgangsmaatregel met de uiteindelijke bedoeling, dat t.z.t. alle boerderijen uit de kom zullen verdwijnen. Zij die thans een veehoudersbedrijf hebben zullen op een ontheffing kunnen rekenen. Tevens wordt een absoluut verbod opgelegd om dierenasiels in de kom te houden, terwijl daarbuiten slechts met vergunning dergelijke inrichtingen (dierenpark, kennels, pelsdierenfokkerij, hondenasiel) kunnen worden opgericht of in stand gehouden.

Bron: OudOmmen – uit het archief van Jan Lucas – Map14-228 # Vertaling: Arie van Tongeren