-
Stadsrechten Ommen 1248-2023 (8)
Ommen was eerder niet meer dan een nederzetting nabij een doorwaadbare plaats in de Vecht. Echter, de Vecht heeft Ommen belangrijk gemaakt.
‘Boten’ langs de Hessenweg en Vecht markeren een historisch weg- en waterknooppunt tussen Ommen en Zwolle. Het zijn als het ware zieleschepen, een onderdeel van het kunstproject ‘Kunstwegen’.
De kronkelende rivier diende tot eind 1800 als de belangrijkste transportader tussen Zwolle, Nordhorn en Twente. De kleine schepen – zompen – hadden als platbodems weinig diepgang nodig en dus ook niet veel water. Dat was maar goed ook want in droge tijden was de Vecht nauwelijks bevaarbaar.
Behalve de Vecht als vaarwater liep buiten Ommen de Hessenweg, een handelsroute, die zijn naam heeft te danken aan de kooplieden uit de Duitse graafschap Hessen. Zij vervoerden met enorme wagens met daarvoor krachtige paarden hun waardevolle goederen door heel Europa. Daarover later meer.
Varen waar geen water is
De Vecht kende een onregelmatige diepgang, waardoor in de zomermaanden de waterstand wel eens extreem laag kon zijn. De Vecht was eigenlijk alleen goed bevaarbaar in de waterrijke tijd, ongeveer van oktober tot april. In de zomermaanden viel de rivier bijna droog en lag de scheepvaart soms weken achtereen stil. Bovendien was de rivier erg bochtig. De vaartijd van Zwolle naar Nordhorn was ongeveer 6 dagen. Bij een te lage waterstand werden er door de schippers dammetjes in de rivier opgeworpen. Zodra er voldoende water was verzameld, stak men de dam door en kon men weer (een stuk) verder varen. Dit was overigens op alle rivieren in Oost-Nederland een gangbare praktijk: varen waar geen water is.
Bentheim
Belangrijke zijrivieren die zich bij de Vecht vanaf de bron in Duitsland voegen zijn de Steinfurter Aa, de Dinkel en iets voorbij Ommen de Regge. Belangrijke plaatsen en dorpen langs de Vecht zijn: Metelen, Wettringen, Schüttorf, Brandlecht, Nordhorn, Neuenhaus, Hoogstede, Emlichheim, Gramsbergen, Hardenberg, Ommen, Vilsteren/Oudleusen, Dalfsen en Zwolle. Via de Vecht werden de uit de rotsen van Bentheim gehouwen zandstenen blokken naar Zwolle geëxporteerd om hier te worden overgeladen op grotere schepen via de Zuiderzee naar het westen. Al sinds de 11e en 12e eeuw wordt er in het graafschap Bentheim zandsteen gedolven. De vorst van Bentheim en Steinfurt bezat in de hoogtijdagen van het graafschap maar liefst 9 steengroeven. De grootste lag tussen Bad Bentheim en Schüttorf. Veel Duitse steenhouwers vestigden zich in Nederland, om daar met hun specialisme aan de vraag van de bouwheren te voldoen. Rondtrekkende steenhouwers gaven de grove blokken zandsteen op de bouwplek hun uiteindelijke vorm. Hier en daar lieten zij hun steenhouwersmerken in de bouwwerken achter.
Behalve Bentheimer zandsteen werden ook agrarische producten uit de omgeving over de Vecht vervoerd. Bij de Duitse grens moesten hoge tolgelden worden betaald. Om deze te ontlopen werd er door de schippers veel gesmokkeld. Er zijn voorbeelden bekend zoals zijden spek tegen het boord spijkeren en schinken aan een touw onder water meetrekken. Werd een schipper hierop betrapt, dan werd lading en schip verbeurdverklaard. Tegen betaling kon hij dat dan terugkopen. Als men het geld niet beschikbaar had, werd men door andere schippers geholpen.
Nieuwe Vecht
Om de vaartijd naar Zwolle te verkorten, werd rond 1600 de Nieuwe Vecht bij het Zwolse Berkum gegraven. Dit verbindingskanaal reikte tot aan de Nieuwe Wetering in het centrum van Zwolle. Zo konden de Thorbeckegracht, de Buitenkant en het Rode Torenplein bereikt worden waar de overslag van goederen plaats vond. Zwolle had namelijk het stapelrecht op alle goederen die over de Vecht werden vervoerd. Via de schutsluis Katerveer kon men de IJssel of de Zuiderzee opvaren of via Hasselt en het Zwolse Diep.
In het midden van de 19e eeuw kwam het kanaal de Dedemsvaart en haar zijtak de Lutterhoofdwijk gereed. Zij vormden een kortere vaarweg tussen Coevorden en Zwolle en dat betekende dat het belang van de Vecht als vaarweg verminderde. Dit kanaal verbond Zwolle via de Vecht met de Dedemsvaart. Zo was ook vanuit Ommen via het Ommerkanaal, de Dedemsvaart en het Lichtmiskanaal Zwolle per schip bereikbaar. Het kanaal ontsloot de grote veengebieden op de grens van Overijssel en Drenthe en maakte het mogelijk turftransporten te vervoeren naar de Turfmarkt in Zwolle. Het Lichtmiskanaal werd gedempt bij de aanleg van de Rijksweg van de huidige A28.
Einde scheepvaart
In 1908 werd de Vecht gekanaliseerd en werden er vele bochten afgesneden. Door deze en andere waterwerken daalde het water in de rivier naar een laag niveau en moest men in 1920 besluiten om stuwen te bouwen. Dat werden er zeven: De Haandrik, Ane (inmiddels afgebroken) Hardenberg, Diffelen (bij Mariënberg), Junne, Vilsteren en Vechterweerd (bij buurtschap Marshoek, tussen Dalfsen en Zwolle). Scheepvaart was vanaf toen niet meer mogelijk.
Bekende Ommer schippersgeslachten waren Oldeman, van der Vegt, van Elburg en Foekert. De Ommer schippers woonden veelal aan- of in de directe omgeving van het haventje de Burggraven. Toen de Vecht in de twintigste eeuw werd gekanaliseerd kwam deze haven te vervallen en werd gedempt. Overigens was toen de scheepvaart al grotendeels verdrongen door vervoer over weg en rails.
Tot zover deel 8 van deze vervolgserie. In deel 9 meer over stadsrechten Ommen 1248-2023.
Tekst: Harry Woertink – Foto’s: collectie OudOmmen.nl
‘Het Nieuwe Verlaat” (verlaat is schutsluis) van de Nieuwe Vecht in Berkum. De schutsluis was een druk punt voor de scheepvaart. Bij de schutsluis stond eveneens een sluiswachtershuis dat ook de functie van schipperscafé had.
-
“Zwaantie op een stökkie” een eeuwenoude traditie om in stand te houden
OMMEN – Een geschilde stok versierd met buxus takjes en een sinaasappel.
1965. Pampasenoptocht in Ommen.
Rond om de Palmpasenstok aaneen gerijgde rozijnen, krenten, doppinda’s en paaseitjes en boven op de stok een broodzwaantje en enkele broodkransjes en zie: je hebt een originele Ommer “Zwaantie op een stökkie” om mee te doen aan de jaarlijkse Palmpasenoptocht op 1 april in Ommen.
Oproep om mee te doen
Maar toch is het een uitdaging om deze eeuwenoude traditie in stand te houden en niet verloren te laten gaan, vindt de organiserende Gemienschop van Oll Ommer, een vereniging die Ommer tradities in ere probeert te houden. De animo voor de Palmpasenoptocht wordt jammer genoeg steeds minder. Daarom ook een oproep aan ouders van kinderen om ook een zwaan te versieren en mee te doen aan de optocht. Ommen heeft veel tradities waar het om bekend staat en daar mogen wij best trots op zijn.
(meer…) -
Ommen staat weer een mooi Koningsdag te wachten
OMMEN – Koningsdag zal in Ommen niet ongemerkt blijven. De Oranjevereniging Ommen is er klaar voor.
2022. Impressie van de aubade op Koningsdag op het pleintje bij het Hoefijzer.
Het programma voor Koningsdag werd woensdagavond gepresenteerd op de jaarlijkse ledenvergadering. Op het programma staan onder andere een fietstocht door versierde straten, muzikaal optreden in Oldenhaghen, een aubade, tewaterlating van de Vechtzomp en een straatparade. Ook is er een compleet middagprogramma met als afsluiting vuurwerk. “We kijken er naar uit en hebben er veel zin in. Aan de voorbereidingen zal het niet liggen”, aldus Rico Magsino, voorzitter van de Oranjevereniging Ommen.
Optocht
Tijdens de jaarvergadering werd met tevredenheid teruggeblikt op de activiteiten in 2022. Ook de penningmeester sprak van een goed verlopen jaar met totaal 2080 leden voor de Oranjevereniging. Met het oog op de komende evenementen stelde Harry Oldeman, erelid van de Oranjevereniging, het jammer te vinden dat de traditionele optocht uit het programma is geschrapt. Volgens Oldeman gaat daarmee een stukje nostalgie verloren dat niet meer terugkomt.
-
Ommen historisch belicht (11) Eiertikken eeuwenoud Ommer folklore
Eiertikken is een Ommer folklore die altijd op Paasmaandagmorgen wordt gehouden. De locatie is de Markt rondom het Vechtpodium. Iedereen die zin heeft om vrolijk een eitje te tikken tegen elkaar komt naar deze jaarlijkse paastraditie. Niet echt om van je medespeler te winnen, maar veel meer om elkaar weer terug te zien op dit voor Ommen traditioneel paasgebeuren.
1958. Eiertikken bij het gemeentehuis. V.l.n.r. Herman Horsman, Henk Martens, Hannie Horsman (met haarstrik), Albert Horsman en Albertha Horsman. Op de achtergrond de bakkerij van Sonnenberg-Harmsen met automatiek en aan de muur de snoep- kauwgumballenautomaten.Op de Markt
Het pleintje op de Markt bij het Vechtpodium is goed voor “ouderwetse” gezelligheid. Honderden (oud) Ommenaren en toeristen duelleren met elkaar met in hun knuisten een ei. Scherp op scherp, stomp tegen stomp gaat het dan met de bedoeling om het ei zo lang mogelijk heel te houden.
Voor jong en oud
Het is de Ommer familie Martens die samen met de historische vereniging Gemienschop van Oll Ommer dit jaarlijkse volksvermaak overeind weet te houden. Ze posteren zich dan op het marktplein met de tot de rand toe gevulde kisten met gekookte eieren. Het eiertikken is een mooi evenement voor jong en oud.
-
Programma viering Ommen 775 jaar stadsrechten bijna rond
OMMEN – De Stichting 775 jaar stadsrechten Ommen legt op dit moment de laatste hand aan het programma van de viering van 775 stadsrechten.
1948. Ter gelegenheid van de viering van 700 jaar stadsrechten staat Huize Het Laar feestelijk in het licht.
Op Koningsdag zal dit programma voor het eerst gepresenteerd worden door de stichting. Het belooft een feest te worden met verschillende grootse feestelijke activiteiten voor jong en oud, voor Ommenaren en bezoekers, in Ommen en in de omgeving.
(meer…) -
Stadsrechten Ommen 1248-2023 (7)
Het was vroeger niet altijd pais en vree in de stad Ommen. Aanvallen en branden kwamen er regelmatig voor.
1948. 700 jaar Ommen. De Arriërpoort (nagebouwd) op de hoek Bouwstraat-Gasthuisstraat. Dit is de tweede foto van de Arriërpoort met bewoners. Zie deel 3 van ‘Ommen Stadsrechten 1248-2023’ voor de eerste foto met andere personen.
Na 1248 kreeg Ommen muren en wallen en werd met een gracht omgeven. Het vissen in de gracht mocht alleen met verlof van schepenen en raad. Wie deze regel overtrad werd beboet met één pond. Over wallen of muren klimmen was goed voor een nog zwaardere boete: 20 pond.
(meer…) -
Fietsmuseum in Ommen opent op nieuwe locatie
OMMEN – Op zaterdag 1 april is het zover dat het nieuwe fietsmuseum in Ommen officieel wordt geopend.
Aly de Vries, Dineke Broekmaat, Piet de Vries en Anton Wolters (v.l.n.r) zijn klaar voor de officiële opening van het nieuwe fietsmuseum op 1 april.
De officiële openingshandeling van het museum wordt ’s morgens om 11 uur verricht door wethouder Alice van den Nieuwboer. Als Historisch Rijwielmuseum Ommen gaat het museum dan een nieuwe fase in op een eigen locatie in Ommen, na al meerdere verhuizingen achter de rug te hebben. Na de officiële opening is er zaterdag vanaf 13.30 uur open huis met een demonstratie van bijzondere fietsen.
Eigen locatie
In het voormalig winkelpand aan Kerkplein 6 is een grote collectie historische fietsen te bezichtigen waaronder bak-, werk- en toerfietsen. Ook zijn er fietsverzamelobjecten en historische kleding tentoongesteld. “We zijn heel blij met deze nieuwe locatie in het centrum”, zegt bestuurslid Anton Wolters, die samen met Arie en Dineke Broekmaat in 2017 aan de wieg stond van het fietsmuseum.
(meer…) -
Boerenmarkt Vilsteren viert 5-jarig bestaan
Vilsteren vierde het eerste lustrum van de maandelijkse boerenmarkt.
Gezelligheid troef op de boerenmarkt in Vilsteren
Al 5 jaar lang komen de marktmensen met hun kraam naar Vilsteren om de bezoekers van de boerenmarkt te voorzien van heerlijke en eerlijke etenswaren van dichtbij. En eerst proeven is natuurlijk ook mogelijk.
(meer…) -
Stadsrechten Ommen 1248-2023 (6)
De Brugstraat, eerder ook Bruggestraat of Grotestraat genoemd, is ongetwijfeld de oudste straat van Ommen.
1910. De oude ophaalbrug over de Vecht, met houten leuning. Het ophaalgedeelte zelf is niet zichtbaar op de foto. Zicht vanaf de noordoever van de Vecht op de Voorbrug, zoals gezegd ‘vóór de brug’ die naar het centrum ging met de Brugstraat. In beeld ook Hotel “De Zon”. In het midden de marechausseekazerne en rechts de Zwolseweg.
De Brugstraat liep vanaf de doorwaadbare plaats in de Vecht langs de kerk tot aan de Kruisstraat. Het duurde even voordat er ook een brug over de Vecht werd aangelegd. Vanaf 1492 konden boeren, burgers en buitenlui de overtocht maken zonder natte voeten op te lopen.
Eerste bewoners
Aan de Brugstraat en rondom de kerk vestigden zich de eerste bewoners. Er kwamen langzamerhand neringdoenden en woonhuizen. Na de brand van 1692 was het niet meer toegestaan panden met riet of andere brandbare materialen te bedekken. Eind 1800 werd de Brugstraat voor het eerst verhard met kleine veldkeitjes die afkomstig waren van de Lemelerberg. In 1907 is de Brugstraat vanaf de brug tot aan de Kruisstraat voor het eerst bestraat met een meter brede strook klinkertjes in het middengedeelte. Daarna volgden er nog diverse herbestratingen.
Vecht
De rivier de Vecht slingert vanaf Duitsland door een prachtig natuurlijk dal dat hij zelf geschapen heeft. Als kleinste van onze grote rivieren verbindt de Vecht Ommen met Hardenberg en Dalfsen. De Vecht was vroeger ook verbonden met de binnenstad van Zwolle. De rivier heeft tot ver in de 19e eeuw, een belangrijke rol gespeeld in de scheepvaart. Ooit werd over de rivier het volgende geschreven: “Veel vertier schenkt deze stroom aan de stad door de scheepvaart en veel levendigheid door het gestadig op- en afvaren van schuiten, terwijl zij tevens de gelegenheid aanbiedt om de tafel der Ommers van riviervisch te voorzien, daarbij in het voorjaar ook nog, wanneer het water niet al te laag is, de spiering aanvoerende, die voor aangenamer van smaak gehouden wordt als die welke men in den IJssel vangt”.
Hessel Mulert
De naam Mulert is historisch nauw verbonden met Ommen. De vaste oeververbinding draagt ook zijn naam. In 1305 kwam ridder Hessel Mulert met een bende ruiters naar het Oversticht om namens de Bisschop van Utrecht in deze regio orde op zaken te stellen. Het was ook Hessel Mulert die in 1492 voor de eerste oeververbinding in Ommen zorgde. Tot dan aan toe ontbrak een brug in Ommen en moest met ponten of schuiten de oversteek naar de overkant van de rivier gemaakt worden. De nakomelingen van Hessel Mulert hebben op verschillende kastelen en havezaten in de omgeving gewoond, zoals de Cranenburg en de Leemcule bij Dalfsen. De familie Mulert evolueerde overigens in de loop van de tijd van roofridder tot notaris en kantonrechter.
Tol
Al voor de bouw van de eerste brug over de Vecht werd voor het passeren van de rivier op die plek tol geheven. In 1434 en later in 1447 pachtte de Stad Ommen dit recht van de Bisschop. In 1532 werd een zogeheten Bruggehuis gebouwd, dat in 1758 werd uitgebreid met een Bruggekamer.
Als de twee afzonderlijk gemeenten Stad-Ommen en Ambt-Ommen in 1923 samen verder gaan als één gemeente wordt de Bruggetol afgeschaft. De brugwachterswoning wordt vervolgens in 1925 bij het stadhuis aangetrokken.
Hessel Mulertbrug
In 1936 werd de oude ijzeren ophaalbrug vervangen door een nieuwe betonnen brug. De officiële en feestelijke opening was een jaar later. De huidige brug dateert uit 1970. De aanleg van deze nieuwe oeververbinding was aanleiding om de brug voortaan Hessel Mulertbrug te noemen. Toen ook zijn de wegen bij de Hessel Mulertbrug verbreed en werd de doorgaande weg over de Markt aangelegd. Daarvoor moesten enkele (winkel)panden verdwijnen, waaronder het vroegere Kantongerecht. Alle eerdere bruggen lagen ten westen van hotel De Zon, tussen Voorbrug en de Brugstraat.
Tot zover deel 6 van deze vervolgserie. In deel 7 meer over stadsrechten Ommen 1248-2023.
Tekst: Harry Woertink – Foto’s: collectie OudOmmen.nl
Versierselen op de nieuwe betonnen brug in 1936: Op de ene zijde van de brug het wapen van Ommen met het jaartal 1936 en aan de andere zijde dat van Hessel Mulert, die in 1492 de eerste brug in Ommen liet aanleggen.
-
De Wolfskuil zet zich al 75 jaar in voor vakantieplezier in de bossen van Ommen
OMMEN – De Wolfskuil Groepsaccommodaties in Ommen viert dit jaar haar 75-jarig bestaan.
De grondlegger van De Wolfskuil jonkheer Ocker Repelaer van Molenaarsgraaf (1888-1975). Voor meer foto’s zie het album: “De Wolfskuil Groepsaccommodaties“
Om dit 75-jarig jubileum te benadrukken wordt op donderdagmiddag 13 april een natuur- en belevingspad officieel in gebruik genomen. De route van deze buitengewoon avontuurlijke wandeling gaat door het mooie bosgebied met start vanaf het voedselbos. Hier geeft een informatiepaneel een korte geschiedenis. Onderweg kunnen leuke opdrachten uitgevoerd worden die met de natuur en de directe omgeving te maken hebben.
Jonkheer Repelaer
De Wolfskuil is al 75 jaar een plek waar vele kinderen en jongeren hutten hebben gebouwd, vuurtjes gestookt, bosspelen hebben gedaan en genoten van een vrolijke vakantie. Een buitengewoon avontuur voor kwetsbare jongeren die een steuntje in de rug konden gebruiken. Dit is mogelijk gemaakt door de oprichting van de Hopman Repelaer stichting in april 1948 door jonkheer Ocker Repelaer van Molenaarsgraaf (1888-1975).
(meer…)