Bij de boerderij aan de Witharenweg 17a in Witharen markeert hedendaagse kunst de markegrenzen van Stad-Ommen en Varsen met de naam Cruescule.
Rechts het kunstwerk de Cruescule met informatiepaneel.
Grensbepaling Dit kunstwerk – dat de grens tussen de vroegere Marke Stad-Ommen en de Marke Varsen markeert – werd in 2016 gemaakt (en geplaatst) door kunstenaar Thea Dijkema. Hiervoor gebruikte ze niet alleen klei maar ook materiaal afkomstig uit de omgeving. Het kunstwerk stelt de oude Marken en de kruisvormige grens voor. De Cruescule is geplaatst in een kuil en heeft de vorm van een kruis.
De huidige Hessel Mulertbrug over de Vecht in Ommen ligt er sinds 1970.
1936. De Vechtbrug. De betonnen brugleuningen zijn in de oorlog beschadigd en later vervangen voor ijzeren brugleuningen. Zie voor meer foto’s het album “Vechtbrug”.
Bouwkunst Kritiek of de Hessel Mulertbrug qua vormgeving wel of niet past in het landelijke karakter is niet bekend. De huidige brug werd aangelegd ter vervanging van de brug uit 1936, die ongeveer 50 meter in westelijke richting was gelegen.
“In een ledenvergadering van de winkeliersvereniging Ommen is besloten in het komende winterseizoen een cursus Engels voor de leden te organiseren”.
1905. Het Vrijthof met op de achtergrond de hervormde kerk. Het plein diende tevens als speelplaats van de openbare school aan de oostkant van het plein.
Service aan Engelse gasten bevorderen Bovenstaande tekst dat gaat over een cursus Engels viel te lezen in de Ommer krant begin zestiger jaren van de vorige eeuw. Het was opgevallen dat Ommen door steeds meer vakantievierende buitenlanders wordt bezocht. “Het aantal vreemdelingen, dat des zomers Ommen bezoekt wordt jaarlijks groter en vooral de Engelsen hebben een voorkeur voor onze gemeente. Meer kennis van de Engelse taal zal de service aan deze gasten bevorderen”, schrijft de krant.
De natuurlijke rijkdom van het stadje aan de Vecht werd al heel vroeg ontdekt door vakantiegangers, toen nog aangeduid als ‘vreemdelingen’.
1953. Met de bouw in de dertiger jaren van tien rietgedekte woningen aan het Edith-Hof, toen bestemd voor gezinnen met lage inkomens, zorgde Van Pallandt voor de eerste sociale woningbouw in Ommen.
Vreemdelingen Het begon met de nationale padvinderij en de Sterkampen, die beiden Ommen als basis hadden. Zij zorgden ervoor dat jaarlijks horden mensen naar Ommen kwamen. De in 1903 geopende spoorlijn Zwolle-Ommen heeft daar ook een hele positieve bijdrage aan geleverd.
Natuurlijke rijkdom De natuurlijke rijkdom van Ommen werd al vroeg ontdekt door de nationale padvinderij hetgeen geleid heeft tot der huidige ontwikkeling van het toerisme. Eén/derde van het totale oppervlak van de gemeente Ommen (180 m2) is bedekt met bos en hei. Het uitgebreide gebied rondom Ommen kent een verscheidenheid aan landschappelijk schoon. Weilanden, bossen, heidevelden en zandverstuivingen worden afgewisseld met schilderachtige landgoederen en buurtschappen. Kenners van het Nederlandse natuurschoon beschouwen het Ommer landschap dan ook als het mooiste en veelzijdigste, wat Overijssel te bieden heeft.
Eén bult van ongeveer 80 meter hoog: de Lemelerberg.
Schaapskudde op de Lemelerberg. Zie voor meer afbeeldingen het album “Schapen op Lemelerberg“.
Heidelandschap De afgelopen jaren heeft Landschap Overijssel in natuurgebied de Lemelerberg heel veel heide teruggebracht. Vanaf de top van de Archemerberg kun je het hele heidelandschap zien. Vlaktes met struikheide, af en toe een boompje, open zandverstuivinkjes en kleine kruidenrijke akkertjes. Al die afwisselende plekken in het landschap zijn ontstaan en aangelegd na het weghalen van bos. Dat klinkt best tegenstrijdig, maar eeuwenlang bestond de berg uit een uitgestrekt heidelandschap. Pas in de vorige eeuw hebben wij op grote schaal bomen aangeplant voor onder meer de mijnindustrie. Om de heide weer robuust te maken, is het bos nu weggehaald.
Het geslacht Friesendorp heeft in de 17e en 18e eeuw een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van Ommen.
1977. Links burgemeester Carel Knoppers en midden Paulus Wildervanck de Blécourt uit Ommen. Het aangeboden schilderij van Jan Friesendorp wordt onthuld.
Maatregelen De stadsfinanciën raakte begin 1700 hoe langer hoe meer in verval. De gemeentekas was leeg en Ommen zat diep in de schulden. Met name Jan Friesendorp wist het tij te keren met drastische (belasting)maatregelen. De naam Friesendorp rolt nog steeds voort in de historie van Ommen. Er is in Ommen een straat vernoemd naar de Friesendorpen. Andere tastbare herinnering van de familie Friesendorp is de gevelsteen met het alliantiewapen Friesendorp-Walraven, die eerder dit jaar terug geplaatst is in de nieuwbouw van de oude Hema-locatie in de Brugstraat.
Scherpe bezuinigingen Er kon dan ook niet meer door de gemeente op rekening gekocht worden omdat leveranciers bang waren dat betaling uit zou blijven. Op het stadhuis lukte het niemand om orde op zaken te stellen. Tot 1713, toen Jan Friesendorp werd aangesteld als ontvanger van de gemeentelijke belastingen. Hij ontwierp allereerst regels voor het gemeentebestuur zelf. Met de nodige moeite legde hij het declaratiegedrag van zijn medebestuurders tijdens dienstreizen aan banden. Ook bezuinigde hij scherp op het consumptiegedrag tijdens vergaderingen. De bestuurders vergaderden onder het genot van wijn, bier en tabak, ja soms zelfs pepernoten. Een bestelling van drank bij de waard moest voortaan op naam gebeuren in plaats van op de stadsrekening. Verder mochten werklieden bij reparatiewerkzaamheden aan publieke gebouwen of bruggen geen materialen meer verspillen. Bovendien werden de belastingregels aangescherpt.
Weer geld in het laatje De inspanningen van Friesendorp wierpen hun vruchten af. Er kwam weer geld in het laatje, waarvan zelfs een nieuwe brug van meer dan 2000 gulden betaald kon worden. Maar het geld moest wel grotendeels opgehoest worden door de gewone Ommenaren. Zij betaalden maar liefst 7 tot 10% van hun veelal karig inkomen aan belastingen op onder meer grondbezit, vuursteden, gemaal, geslacht vlees en hoornbeesten.
Vooraanstaande functies Deze Jan Friesendorp was een zoon van Hendrik Friesendorp, die in 1680 schepen van Ommen was en vanaf 1694 burgemeester. Ook Gerrit was een zoon van Hendrik. Gerrit Friesendorp had negen kinderen waarvan de meesten ook vooraanstaande functies hadden waaronder Lubbertus, die in Ommen schatbewaarder en gemeentsman is geweest. De derde zoon Egbert Friesendorp was eveneens een periode burgemeester van Ommen. Egbert was gehuwd met Anna Lucretia Walraven en zij bewoonden samen het pand in de Brugstraat met het familiewapen Friesendorp/Walraven in de gevel. Dit pand moest in 1969 afgebroken worden in verband met de aanleg van de nieuwe weg over de Markt.
Schilderij Eerdergenoemde Jan Friesendorp had twee kinderen: Berent Friesendorp en Anna Catrijna Friesendorp. De laatste trouwde op 25 augustus 1757 met Jan de Blécourt, waaruit onder andere het geslacht Wildervanck de Blécourt is voortgekomen. Een schilderij van Jan Friesendorp, in het bezit van de familie, werd in 1977 aangeboden aan de gemeente Ommen.
Tekst: Harry Woertink – Foto: collectie OudOmmen.nl
Op 79-jarige leeftijd is vorige week maandag Henk Dooijes overleden.
‘Een betrokken bestuurslid met kennis van zaken; een groot verlies voor het museum’, zo typeren bestuur en vrijwilligers van het Nationaal Tinnen Figuren Museum in Ommen het overlijden van hun secretaris en conservator Henk Dooijes.
Henk Dooijes was zo’n twintig jaar secretaris en ook actief als vrijwilliger van het Ommer museum. De ruim 120.000 tinnen figuren van het museum zijn ooit eens beschreven door Dooijes als cultuurhistorische figuren die historische gebeurtenissen uitbeelden, en hedendaagse die door minutieuze fijnschilders beschilderd zijn met als pronkstuk van de collectie een monumentale wandschildering van Matthijs Röling.
Handbeschilderde tinnen figuurtjes was een grote passie voor Dooijes, zo was hij bestuurslid van de Nederlandse stichting voor modelfiguren.
Het was een uitkomst voor vele bejaarden die zich er dan ook uitstekend thuis voelden. In bejaardentehuis Oldenhaghen was sprake van haast een vorstelijk verblijf met een wijds uitzicht, zo werd destijds geconcludeerd.