Het zogeheten Marktgebouw aan de Markt bestaat tien jaar.

1968. Het kantongerechtsgebouw aan de Markt met rechts de muziektent. Op dit nostalgisch plaatje is links de Vecht te zien. Het marktplein bood gelegenheid tot parkeren.
Zie voor meer foto’s het album: “Marktgebouw-Kantongerecht”“
Marktgebouw
Een restaurant (Het Gerecht), een bank (Rabobank) en een warenhuis (Action) waren in 2014 de eerste nieuwe gebruikers van dit imposante Marktgebouw. De bank werd in 2022 ingeruild voor een bakkerij en het warenhuis boven is onlangs omgetoverd tot een sportschool. Verder is een noten- en kaaswinkeltje in het gebouw ondergebracht.
Muziektent
Op de Markt stond ooit een kantongerecht. Een mooi markant gebouw dat in 1970 echter werd gesloopt. Het drukke verkeer tussen Coevorden en Zwolle moest erlangs kunnen. Voor de aanleg van een nieuwe brug werden toen ook een aantal pandjes in de Brugstraat met de grond gelijkgemaakt. De aanleg van een rondweg zorgde ervoor dat het verkeer niet meer door het centrum van Ommen hoefde. Vanaf toen ook zijn plannen gemaakt voor het Marktgebouw en de appartementen aan de Vechtkade. De ronde muziektent met rietenkap en piek moest plaats maken. Hiervoor in de plaats kwam de huidige Vechtpodium terug.
Ommen in tweeën
De oude weg lag dichter aan de Vecht en liep aan de zuidkant van het toenmalige gemeentehuis. De nieuwe weg kwam aan de noordkant van het gemeentehuis te liggen. De nieuwe weg sneed Ommen in tweeën.
Kantongerecht
Het kantongerecht Ommen was van 1838 tot en met 1933 een van de kantongerechten in Nederland. In 1882 betrokken de kantonrechter en zijn griffie een eigen onderkomen aan de Markt. Daarvoor hield men zitting in de raadzaal van het gemeentehuis. Tot 1877 viel het kantongerecht Ommen onder het arrondissement Deventer, daarna onder Zwolle. Tot de werkzaamheden van het Kantongerecht behoorden onder andere huren en pachten, schulden, arbeidszaken, overtredingen en familiezaken zoals de regeling van voogdij bij minderjarigen en machtiging minderjarigen voor verkoop van onroerend goed. Op de laatste zitting in 1933 werd recht gesproken door kantonrechter baron J.P.A. Mulert, bijgestaan door griffier mr. L.J.A. dus Quesne van Bruchem en ambtenaar openbaar ministerie N.Lever. Deurwaarder van het kantongerecht was toen J.Lameijer en bij ongeregeldheden trad M.Eelman op als majoor van de rijksveldwacht.
Eerst in het gemeentehuis
Zoals gemeld was het Kantongerecht eerst in het gemeentehuis van Ommen gevestigd. De huur van het kantongerecht in het gemeentehuis is door de gemeente opgezegd bij brief van 6 september 1879, omdat men de ruimte zelf nodig had. Omdat de gemeente geen andere ruimte te huur had, besloot de minister tot nieuwbouw. De gemeente stelde in februari 1881 kosteloos een terrein aan de Markt beschikbaar aan Justitie. Het bestek en de voorwaarden van aanbesteding werden op 5 februari 1881 goedgekeurd en de gunning vond plaats op 28 maart 1881 voor 13.100 gulden. Het gebouw is op 13 juni 1882 in gebruik genomen. Het ontwerp is, evenals dat van het kantongerecht Hilversum, gebaseerd op het standaardontwerp van Allard Pierson uit 1860.
Vrederechter
Het kantongerecht in Ommen was de opvolger van de vrederechter die in 1810 zijn intrede had gedaan. Na de Franse tijd wilde de nieuwe Nederlandse staat een eigen rechterlijke indeling invoeren. Pas in 1828 was de wet hiervoor gereed, die echter vanwege de Belgische Opstand niet werd ingevoerd. Het duurde uiteindelijk tot 1838 voordat het kantongerecht daadwerkelijk een feit werd. Ommen werd daarbij het tweede kanton van het arrondissement Deventer. Het omvatte de gemeenten: Stad Ommen, Ambt Ommen, Den Ham, Gramsbergen, Stad Hardenberg en Ambt Hardenberg. In 1877 werd het aantal rechtbanken en het aantal kantongerechten fors ingekrompen. In Overijssel verdween de rechtbank Deventer en de kantons Vollenhove. Raalte, Delden, Oldenzaal en Ootmarsum. Voor Ommen wijzigde er maar weinig. Het kanton Ommen bleef ongewijzigd, het werd nu ingedeeld bij het arrondissement Zwolle, als het vierde kanton.
Opheffing
In 1932 volgde opnieuw een bezuiniging met als gevolg een herindeling en opheffing van het kantongerecht in Ommen. Het gemeentebestuur van Ommen heeft toen nog fel protesteert bij de Minister van Justitie om sluiting te voor komen. De burgers zouden een grotere afstand moeten afleggen als ze voor zaken naar Zwolle moesten. De zes gemeenten die onder kantongerecht Ommen resulteren (Ommen, Avereest, Gramsbergen, Den Ham, Stad-Hardenberg en Ambt-Hardenberg) hebben gezamenlijk een oppervlakte van bijna 55000 hectare. “De Gemeente Ommen is voor deze gemeenten zeer gunstig gelegen, terwijl bezoeken aan het Kantongerecht te Ommen, waar op den dag der zitting weekmarkt wordt gehouden, thans veelal met marktzaken kunnen worden gecombineerd. De schade en het tijdverlies wordt hierdoor aanmerkelijk minder, terwijl voorts op de marktdagen buiten den trein over onderscheiden vervoermiddelen wordt beschikt, waardoor de reis naar en van het Kantongerecht zeer wordt vergemakkelijkt en minder kostbaar is. Straks zullen deze personen veel grootere en vaak veel moeilijker reizen moeten afleggen om aan hun verplichtingen te kunnen voldoen”, aldus de protestbrief van 20 september 1932 van de gemeente aan de Minister van Justitie.
In 1931 werden 940 strafzaken behandeld en 50 voogdijbenoemingen en 70 verzoekschriften behandeld van minderjarigen voor verkoop van vastgoed. Waarmee volgens het gemeentebestuur het bestaansrecht voldoende was bewezen. Ook het feit dat de Kantonrechter met de plaatselijke omstandigheden bekend is werd van groot belang geacht. “Het bekend zijn met zeden en gewoonten der bevolking vormt een niet te onderschatten bestanddeel bij de beoordeling der feiten welke aan een uitspraak voorafgaan”, aldus burgemeester en wethouders van Ommen. “Juist nu de opheffing aanhangig is, komt de Crisispachtwet, welke minsten tot 1936 zal voortduren en waarvoor reeds meer dan 50 zaken voor het Kantongerecht aanhangig zijn”.
Belastingkantoor
Mocht de Minister anders besluiten, dan was het dringend verzoek van het gemeentebestuur van Ommen aan de Minister om het gebouw te bestemmen voor de vestiging van een afdeling van de Belastingdienst, zoals de Registratie of Directe Belastingen. Bij de tweede herindeling in 1933, werd ondanks het protest het Kantongerecht Ommen toch opgeheven. Maar de protestbrief werd gedeeltelijk ingewilligd doordat het leegkomend gebouw, overeenkomstig de wens van de gemeente, de functie kreeg van belastingkantoor.
Rijksdiensten
Tot aan de sloop in 1970 zijn verschillende Rijksdiensten in het gebouw ondergebracht geweest. Dit waren onder andere het Arbeidsbureau, het kantoor van de Plaatselijke Bureauhouder voor de Dienst Uitvoering Landbouwmaatregelen, Staatsbosbeheer en kantoor Dienstgeleider van de Inspectie van de Invoerrechten en Accijnzen. De bovenverdieping is geheel in gebruik geweest bij de Ontvanger der Rijksbelastingen en Accijnzen. De familie Van Driessen, bewoonde een deel van het pand omdat de heer Driessen als conciërge aan het gebouw verbonden was.

2014 – 2024. Het nieuwe ‘Marktgebouw’.
Tekst: Harry Woertink – Foto’s: collectie OudOmmen.nl