Ommen – tot voorkort bestaande uit de gemeenten Stad- en Ambt Ommen – is de centrumplaats van een reeks gehuchten en buurtschappen.

1924. De Vechtbrug Ommen. Op de achtergrond Hotel De Zon.
Van het stadje zelf is niet zoveel bijzonders over te vertellen. Het kan niet bogen op moderne prachtige gebouwen, ruime breede straten of kunstmatigen mooien aanleg. Door zijn beknopte, ineengedrongen bebouwdheid kan het zich in dit opzicht niet ontplooien. Wel wordt gestreefd naar verbeteringen en deze werden zoo doelmatig mogelijk aangebracht. De bestratingen, rioleeringen en verfraaiingen zijn door het Gemeentebestuur de laatste jaren krachtig ter hand genomen. De dezer dagen gereed gekomene nieuwe verkeersweg nabij de brug, verschaft niet alléén dit gedeelte een groote praktische verbetering, maar ook verfraaiing.
Marktdagen goed voor levendigheid en drukte
In tegenstelling met de nauwe straten treft men hier ruime pleinen aan, waar geregeld elke week markten worden gehouden. Op deze marktdagen heerscht er een buitengewone levendigheid en drukte. Kooplieden van allerlei slag kunnen op elk gebied hier zaken doen. De veemarkt, paarden, varkens en schapenmarkt, benevens de eiermarkt, de laatste nogal van beteekenis, lokken de omwonende boeren en boerinnetjes, allen in hun Zondagsch pakje gestoken, naar deze plaats ; zij ontvluchten het eentonige dagelijksche en stil landelijk leven en maken er meteen een uitgaansdag van. Onder genot van een glaasje „klaore met suker” treffen Gait Jan en Hendrik Jan, Gait Diene en Albert, Diene mekaar hier aan en vertellen elkaar de wederwaardigheden van de afgeloopen week, beklagen zich over de goedkoope biggen en varkensprijzen, over het ongunstige weer en over alles, wat niet bevorderlijk is voor het welzijn van den boer; en als men dan zijn hart voor elkaar heeft uitgestort en aan zijn gemoed heeft lucht gegeven, gaat men verlicht naar huis, vol hoop op de komende dagen, om a.s. week weer hetzelfde nieuws mee te nemen. De markt dan is voor Ommen de trots, zonder deze zou het zich bij lange na niet in zulk een bloei verheugen, als waarin ’t nu verkeert.
Crescendo
Op het gebied van onderwijs telt Ommen behalve zijn lagere scholen ook het U. L. O., voor eenige jaren tot stand gekomen op initiatief van „Vreemdelingenverkeer”, verder de Vakteekenschool, de Pythagorasschool en het Landbouwonderwijs. Op gebied van vereenigingen noem ik de muziekvereeniging „Crescendo”, Zangvereeniging Filomeel, Voetbalver. O. V. C. en „Vreemdelingenverkeer”. Eerstgenoemde, die op verschillende concoursen onderscheidene prijzen verwierf, zal het a.s. voorjaar een Nationaal Federatief muziekconcours organiseeren.
Tol
In den loop van 1923 zijn voornoemde twee Gemeenten tot één vereenigd. Voor de Vreemdelingen zal hierdoor weldra een groot ongerief tot het verleden gaan behooren. Het nieuwe Gemeentebestuur zal namelijk den tol aan de Vechtbrug met ingang van 1 Jan. a.s. opheffen, voorzeker tot genoegen der talrijke Automobilisten, Motorrijders enz. die deze streken bezoeken. Na al het voormelde is het te begrijpen, dat deze streken al meer en meer gezocht worden, ook als woonplaats. Nog zij vermeld, dat hier eenige goede Hotels aanwezig zijn, voorzien van alle gemakken en comfort, autogarages en goede rijtuigen. In deel 2 het vervolg over Ommen en omstreken in 1924.
Tekst: Harry Woertink – Foto: collectie OudOmmen.nl