Bevrijding van Ommen

Op woensdag 11 april 1945 werd Ommen bevrijd. Met Ommen bedoelen we ook de plaats Ommen zelf. Delen van onze gemeente waren namelijk al langer bevrijd, sommige buurtschappen of dorpen al vanaf 5 of 6 april.

In dit artikel proberen we een zo goed mogelijk beeld te geven van de bevrijding van onze gemeente. Daarbij is gebruik gemaakt van verschillende bronnen. Onder andere een boekwerkje van mevrouw Oudshoorn uit Eerde, oude artikelen van Herman Stegeman uit Den Ham en Herman Gerrits uit Ommen. Daarnaast is er ontzettend veel informatie op internet te vinden, b.v verschillende oorlogsdagboeken van o.a. “The Black Watch”.


Canadese infanteristen

De bevrijding van Nederland was een echte oorlog. Ook hier was er veel bloedvergieten en grote ellende en intens verdriet. Niet dat er in onze omgeving grote en bloedige veldslagen zijn gestreden, maar er vielen wel veel slachtoffers. Iedere dode is er één te veel. Aan beide kanten leken de troepen oorlogsmoe aan het worden. Aan de ene kant waren er de doorgewinterde Duitse strijders, die ook niet allemaal meer in de “eindoverwinning” geloofden, maar veel meer dachten aan de tijd na de oorlog en daar graag bij wilden zijn. Dat soort gedrag werd echter door de Duitse legerleiding niet toegestaan en menigeen is daarvoor zonder pardon doodgeschoten of opgehangen. Het resultaat was dat men wel verzet bood tegen de oprukkende geallieerden, maar niet in de stijl van loopgraven en dergelijke. Men probeerde zijn eigen hachje te tredden en en maakte het de anderen zo moeilijk mogelijk, door systematisch bruggen te vernietigen.

De bevrijders, in ons geval de Canadezen en Polen, hadden ook al een aantal jaren strijd achter de rug en wilden ook liever niet meer in de laatste maanden van de oorlog sneuvelen. De genomen risico’s waren o.a. niet meer onbezonnen. Gelukkig voor ons hadden de geallieerden ook het beleid, dat eigendommen van burgers zo veel mogelijk gespaard moesten worden. Dat betekende ondermeer dat bij een dreiging geen onbeperkt bommen- of granatentapijt werd gebruikt. Wel werd er gericht geschoten en het viel niet te voorkomen, dat daarbij toch nog wel eens onschuldigen het slachtoffer werden. In Ommen zijn daarbij ook een aantal onschuldige burgers het slachtoffer geworden. Tevens zijn er in de omgeving van Witharen enkele boerderijen in brand geschoten. Over het algemeen hadden de terugtrekkende Duitsers de minste aandacht daarvoor, maar ook bij de geallieerden ging het wel eens fout.

In grote lijnen kwam voor Ommen de bevrijding uit het Zuiden. In Ommen was een verscheidenheid aan Duitsers achtergebleven. Het waren o.a. parachutisten (feitelijk behoorden ze tot dat onderdeel, maar misten als zodanig ervaring en materieel), marinetroepen en luchtmachtpersoneel. De Canadezen in onze gemeente behoorden tot de Tweede Canadese Infanteriedivisie. Eén regiment met name, de “The Black Watch (Royal Highland Regiment) of Canada” is voor ons van belang. Daarnaast ook eenheden van het 18e Gepantserde Verkenningsregiment, “12th Manitoba Dragoons”. Verderop komen we nader terug op hun rol bij de bevrijding.Het 10e Canadese tankregiment “Fort Garry Horse”kwam eveneens door Ommen.


Franse para van het SAS-Regiment

Het doel van de 2e Canadese Infanterie Divisie was Groningen. Door inneming van deze stad en de haven van Delfzijl, verwachtten de geallieerden het Duitse leger in West-Nederland de terugtocht naar het Vaterland onmogelijk te maken. Na het overwinnen van enkele waterbarriërres, o.a de Schipbeek tussen Laren en Holten, lukte het de Canadezen om de tocht naar het noorden goed in gang te zetten. De snelheid van de opmars was zo hoog, dat men het soms nauwelijks bij kon houden. De ondersteunende troepen konden namelijk niet zo snel optrekken als de verkenners. Men maakte gebruik van verschillende soorten verkenningseenheden, die zich over het algemeen beperkten tot hun verkenningstaak.

Dat betekende na te gaan waar zich eventueel Duitsers bevonden en welke routes begaanbaar waren. De toen gebruikte Amerikaanse stafkaarten zijn nog verkrijgbaar bij de Topografische Dienst in Emmen. In Noord-Nederland zijn van 7 op 8 april 1945 ongeveer 7000 Franse en Belgische parachutisten van de SAS (Special Air Service) gedropped. Zij hadden tot taak de opmars van de geallieerden te vergemakkelijken, door te voorkomen dat bepaalde belangrijke bruggen door de Duitsers konden worden opgeblazen. In Balkbrug is ook een parachutisteneenheid actief geweest, die als een van de eersten van zijn taak ontheven kon worden.

Manitoba Dragoons
Op vrijdag 6 april 1945 werd om ongeveer 11.30 uur de grens van onze gemeente door Canadese troepen overschreden. Dat vond plaats bij de Groene Jager (Den Ham) aan de Hammerweg. verkenningswagens van het “Manitoba Regiment” reden vanaf Den Ham in de richting Ommen. In die omgeving werd toen een Staghound door een Duitse Panzerfaust getroffen.


Vernielde Staghound bij de Groene Jager

Het voertuig raakte onbruikbaar, maar de inzittenden bleven ongedeerd. De gevechtsrapporten geven vervolgens verschillende vuurcontacten met Duitsers weer. Om ongeveer 15.55 uur meldt het dagboek, dat er een zware ontploffing is gehoord. De brug bij Nieuwebrug is opgeblazen. De verkenners krijgen de opdracht door te rijden in noordelijke richting, naar de Vechtbrug en Ommen.
Hoe een en ander precies is verlopen is niet duidelijk. De gevechtsrapporten verwijzen naar een vuurgevecht in de omgeving van de Beerzerweg (met de huidige Schammelte) in Zeesse om ongeveer 16.04 uur. Om 16.57, 17.00 en 17.04 uur is er weer radiocontact met het hoofdkwartier. Het resultaat van de verkenningen wordt gerapporteerd. Om 18.30 en 18.45 uur worden er twee zware explosies gehoord. Kennelijk was dit het opblazen van de brug over de Regge bij Laarbrug.

Om 19.11 uur wordt gerapporteerd dat één van de verkenningswagens is vernietigd door een Panzerfaust. Drie inzittenden raakten gewond en zijn krijgsgevangen gemaakt. Twee inzittenden, de 24-jarige George Thomas Wilson en de 22-jarige Gerald Wilfred Soanes, overleefden de aanval niet. De andere verkenningswagens trekken zich terug naar de omgeving van Den Ham. Als gevolg van het uitschakelen van de verkenningswagen, is Hotel Paping in brand geraakt. Wie of wat het hotel in brand heeft doen raken is niet zeker. Naar verluidt heeft de Duitse schutter tussen de panden van Hotel Paping en Bakkerij Hengelaar gestaan. Of dit een reden was voor de Canadezen om die gebouwen onder vuur te nemen, is niet zeker. Een Staghound was voorzien van drie 30 mm. machinegeweren en een 37 mm. kanon.

Black Watch
De hoofdmacht van de Canadezen die richting Ommen zouden gaan, bevond zich deze dag nog in de omgeving van Laren. Luit.-Kol. S.W. Thomson werd daar op deze dag tot commandant van de “Black Watch” benoemd. Volgens het oorlogsdagboek van de Black Watch werd er op 7 april 1945 weinig activiteit ontplooid. Het was een bewolkte dag met buien. Aan het einde van de dag werd de opmars van het bataljonshoofdkwartier naar de omgeving Holten bekend gemaakt. Zondag 8 april 1945 begon ’s morgens nevelig en koud. Aan het eind van de dag trekken de Canadezen Holten binnen. Het verzet van de Duitsers is hardnekkig. Dat heeft tot gevolg dat de Canadezen er flink op losbranden met o.a. mortieren en tankgeschut. Op maandag 9 april 1945 is het helder en warm weer. De troepen hergroeperen zich en maken zich gereed voor de verdere opmars. Om 20.00 uur vertrekt men in de richting van Rijs-sen, dat ’s morgens bevrijd is.

Op dinsdag 10 april 1945 trekt het regiment verder in noordelijke richting. Men rijdt deels mee op de tanks van “Fort Garry Horse”. Bij de brug over het Overijssels Kanaal in Hancate stagneert de opmars. De Duitsers hebben de brug opgeblazen en er moet eerst een noodbrug gelegd worden. Het lukt met allerlei kunstgrepen wel om infanterie over het water te krijgen. Die trekken vervolgens verder richting Lemele. Na Lemele trekt men verder richting Ommen. Rond 18.00 uur komen ze aan bij de opgeblazen brug over de Regge bij Nieuwebrug. Rond deze tijd was de brug in Hancate klaar voor voertuigen en konden de tanks van “Fort Garry Horse”ook naar Ommen doorrijden. Bij de Nieuwebrug zat men ook niet stil, want de Canadezen trokken langs de oever van de Regge naar Archem. Daar was de voetbrug om onbekende redenen niet door de Duitsers vernield. Om ongeveer 19.45 uur waren alle Canadezen van de A-compagnie, onder aanvoering van kapitein T. J. Larkin de brug gepasseerd. De C-compagnie trok verder op naar Ommen en liep vast op de Duitse verdedigers bij de spoorwegovergang bij het verbrande Hotel Paping.


De vernielde Staghound bij bakker Hengelaar aan de Stationsweg

Waarschijnlijk stond het wrak van de vernielde pantserwagen er nog. De Canadezen riepen meteen vuursteun op van hun artillerie en mortieren. Die stonden voor een deel bij de Nieuwebrug opgesteld en naar verluidt eveneens “ergens” tussen Ommen en Lemele, naar verwachting op de Archemerberg.

Hierna laten we het oorlogsdagboek van het 1e Bataljon van het “Regiment Black Watch” voor zichzelf spreken.


Transcriptie van het Oorlogsdagboek van het 1 e Bataljon van het Regiment Black Watch

NIJVERDAL dinsdag 10 april 1945
Weer: helder en warm, heldere zonneschijn. Met de B-Compagnie aan de leiding, reden de mannen nog een keer op de tanks van de FORT GARRY HORSE Regiment en op onze speciale compagniesvoertuigen. Het bataljon begon de doorstoot naar het noorden om 07.30 uur. In het begin werd er geen weerstand ondervonden en de voortgang ontwikkelde zich in een voortgaan met de compagnieën. Ze rapporteerden alleen hun doelen bij het passeren. Op de kruising MR125209 namen de A- en C-compagnie de weg in oostelijke richting en trokken parallel op met de B- en D-compagnie, rijdend over de hoofdweg. Er werd herhaaldelijk en een groot aantal malen tegenstand ondervonden, maar de compagnieën ondervonden geen oponthoud tot ze het Overijssels Kanaal bereikten. De brug was hier opgeblazen, maar door planken te gebruiken konden de mannen het water oversteken. Op dat moment verscheen de Nederlandse ondergrondse met een veer, die ze voor de vijand hadden verborgen. Hiermee konden alle voertuigen van het bataljon over het water gebracht worden. Ongeveer 350 meter verderop de weg namen de compagnieën een korte pauze.

De genie begon de brug te repareren en meldde dat binnen zes uur tanks het kanaal konden oversteken. Iedere Nederlander die kon helpen hielp mee met het herstel. De compagnieën die gegeten hadden trokken te voet verder in de richting van Lemele. De commandant, luitenant-kolonel S.W. Thomson was aanwezig en bracht hen een saluut tijdens het passeren. Hij was vooruit gereden in zijn carrier. B-Compagnie nam de leiding op zich en ging in de richting van de volgende waterhindernis, coördinaat 109334 en bereikte dat om ongeveer 18.00 uur. Omstreeks deze tijd was de brug over het Overijssels Kanaal hersteld en konden de tanks zich weer aansluiten bij de oprukkende troepen. De brug over dit tweede kanaal was eveneens vernield en de voortgang werd gestaakt op de zuidelijke oever. Carriers van de Speciale Compagnie, onder aanvoering van Luitenant R.F. Barttlett, verkenden ondertussen de bossen in het kwadrant 08-34 en trof geen vijanden aan. B/Compagnie stak het kanaal over op dezelfde wijze als de voorgaande keren. A-Compagnie vond een voetbrug ongeveer 350 meter van de hoofdweg vandaan.

Kapitein T. J. Larkin van het anti-tank peloton deed een verkenning en was zo gelukkig om een brug, coördinaten 128313, te vinden, die voldoende sterk was om de voertuigen van het bataljon te kunnen dragen. De oversteek was om 19.45 uur volbracht en we hadden juist de kruising op 138315 uitgevoerd, toen eenheden van het 8e Verkenningsregiment contact maakten met eenheden van de Poolse le Pantser Divisie. C-Compagnie trok verder en stuitte op sluipschutters langs de spoorbaan dichtbij Ommen (coördinaten 106357). Ze riepen ondersteuningsvuur van mortieren en van twee batterijen veldartillerie. Het vuur was erg nauwkeurig en belandde op en nabij de loopgraven van de vijand. Een “hate ” stonk werd op de plaats zelf gelegd. Brigade-generaal W.J. Megill, commandant van de 5e Infanterie Brigade, besliste dat het bataljon tot de volgende morgen halt moest houden. Er werden patrouilles langs de rivier gestuurd om de vijandelijke sterkte vast te stellen. Verder werden er in de hele omgeving patrouilles uitgestuurd. Er werd een luide explosie gehoord, dat werd geïnterpreteerd als het opblazen van de brug die naar de stad leidde, ’s Avonds beschoot de vijand onze stellingen met mortieren, maar de schade bleef beperkt tot een kapotte telefoonlijn.

OMMEN woensdag 11 april 1945
Weer: helder en warm. Bij zonsopgang ging een patrouille van C-compagnie naar voren om de brug waarover men in de stad kwam te inspecteren. Men kwam tot de conclusie dat het een kleine moeite was om infanterie over de brug te krijgen, omdat er maar een gat van ruim een meter in het brugdek zat. De patrouille ging verder de stad in en kwam twee Duitsers op fietsen tegen. Ze schoten op hen. De patrouille ging vervolgens terug en rapporteerde hun bevindingen. De commandant, overste Thomson, liet de C-compagnie verder trekken.


Julianastraat – Sherman-tank van “Fort Garry Horse”

Een bulldozer en tanks trokken mee op. De eerste om omgevallen bomen (coördinaten 107360) naar het water op te ruimen. De tanks om in positie te zijn om zonodig vuursteun te geven. C-compagnie had alleen een sterke patrouille nodig in de stad. Als eerste werd de stad veilig en vrij van de vijand verklaard. De andere compagnieën trokken meteen ook de brug over en sloegen linksaf om de linker flank van de opmars naar het noorden te dekken. Zij namen posities in in de omgeving van Varsen, vierkant 0836. De mannen namen posities in streken daar neer voor de rest van de dag om alles schoon te maken en te rusten.


Omgeving van Ommen

OMGEVING VARSEN Donderdag 12 april 1945
Weer: bewolkt en zacht. Vanaf het moment dat er gerapporteerd is over vijandelijke activiteit in het dorp Oudleusen, zijn er zijn er deze morgen plannen gemaakt voor een aanval op dat dorp. De bedoeling is om de plaats van vijanden te zuiveren en de wegblokkade daar op te ruimen. De A-Compagnie, onder aanvoering van Kapitein M.M. Brandley, kreeg de opdracht dit klusje op te knappen. Hij kreeg ondersteuning van een stuk zelfrijdend geschut en van onze 3 inchmortieren. Om 13.45 uur vertrokken onze mannen en maakten om iets na 15.00 uur contact met de vijand. De plaats was snel gezuiverd en de compagnie keerde terug met achttien krijgsgevangenen. Aan onze kant hadden we enkele verliezen. In de namiddag kwam iemand van de inlichtingendienst van de Nederlandse ondergrondse vanuit Zwolle door de linies naar ons toe. Zijn informatie was zo belangrijk, dat hij meteen naar het hoofdkwartier van de brigade werd ge-:<j bracht. Kapitein S.E. Griffin, de inlichtingen officier van de brigade, ondervroeg hem. Vervolgens werd deze man meteen naar het hoofdkwartier van de 2e Infanterie Divisie overgebracht. Om ongeveer 17.00 uur hadden we het bericht ontvangen, dat we niet verder zouden trekken. Om 20.00 uur was er een "Huddle Green " (overleg op brigade niveau-red.).

We vertrekken meteen in de richting van Hoogeveen (coördinaten MR 1559) om daar een vijandelijke aanval vanuit het westen tegen te houden. Op het moment dat de colonne was geformeerd om te gaan rijden, kwam er een burger naar ons toe om te vertellen dat er vanuit het westen een groep Duitsers onze richting op kwam. Deze informatie werd aan de brigade doorgegeven, zodat de A-Compagnie de opdracht kreeg op onze positie achter te blijven. Om 21.30 uur kregen we de opdracht om de A-Compagnie weer bij ons terug te halen. Zij moesten contact maken met de carriers van het Regiment de Maisonneuve, die onze posities bij Ommen zouden overnemen. Vervoer voor deze A-Compagnie was er niet meteen en ze kregen de opdracht op de kruising Ommen te wachten. De A-Compagnie heeft geen contact gemaakt met de eenheden van het Regiment de Maisonneuve, omdat zij een andere weg hadden genomen. Van de vijand hebben zij ook niets waargenomen. De nacht was erg donker en zonder maanlicht. Na het vertrek om 21.45 werd er toch goede vooruitgang geboekt.


Verkenningswagens trekken over de Vechtbrug

Tot zover de gevechtsrapporten van de Canadezen. Hierna plaatsen we nog enkele foto ‘s, die over de bevrijding van Ommen gaan.


Foto’s van de bevrijding van Ommen


Nieuwebrug



Brugstraat


Vechtbrug


Troepen trekken over de Vechtbrug
.. onder publieke belangstelling


Rustpauze op de Markt


.. Voorbrug (Infanterie en Bren-carriers)


Voorbrug


Zwaar materieel (Sherman-tank)


Infanteristen met 2 inch. mortier



Staghound-gepanserde verkenningswagen


Stationsweg


Hoek Julianastraat – Brugstraat


Nieuwebrug


Voorbrug


Bron: De Darde Klokke – Jaargang 2005 nr.134

13 gedachten over “Bevrijding van Ommen

  1. Ter informatie, er zijn van 7 op 8 april 1945 geen 7000 Franse en belgische parachutisten gedropped maar 700 Parachutisten.
    en bij Ommen woensdag 11 April 1945 staat onder de foto Julianastraat -Sherman Tank “Fort Garry Horse” -de tank is geen Sherman maar een Stuart tank.
    H.Meines

    Like

  2. Onder het kopje Manitoba Dragoons wordt gesproken over een “Staghound” met een 37 mm kanon en drie 30mm machinegeweren.

    Dat laatste is onjuist. De Staghound, ook wel T17 Armoured Car, is voorzien van een 37 mm kanon en daarnaast 2 tot 3 machinegeweren .30 inch (7.62 mm)

    Like

  3. Ik sluit mij aan bij de reactie van Cees,maar uit ervaring(ik heb zelf in een gerestaureerde staghound gezeten)is de bewapening alsvolgd:Naast het 37mm kanon bevestigd in (TURRET) koepel,zit linksonder in de (HULL)pantser de .50cal,
    en bovenop de koepel plek voor een .30cal
    Met dank aan Marco Hoogenkamp!

    Like

  4. Castricum, 9 Maart 2010

    Op dinsdag 10 April 1945 om ca 17.00 hr werd in Archem op de “belten” tussen Ekkelkamp (Butink Seine) en Nagel (Twis Evert) een batterij geschut opgesteld die enkele malen snelvuur ( dat dacht ik later als oud-artillerist!) op Ommem afgaf. Ik was toen 11 jaar en woonachtig bij E. Nagel, nu Nagelweg 1. Het lawaai was oorverdovend.
    Ir. E.Nagel Soepenberg

    Like

  5. Nog het volgende. Mijn belevenissen tussen 1940 en 1945 ( 7 – 12 jaar) verschijnen binnenkort in het Meinummer van ’t Lemels Arfgoed. Daarin staat ook een vermelding over de artillerieaanval.
    Evert Nagel Soepenberg

    Like

  6. Nergens lees ik over Engelse militairen die gelegerd waren in Ommen zij verbleven enige tijd in Hotel de Zon.W.P.v.d.Wel 3 platon,503 A.fld Roy R.engineers

    Like

  7. Ook ik heb een stuk oorlogs ervaring op papier gezet, hetgeen momenteel in bezit is van Hans Blikman.
    Hans heeft van mij de vrijheid gekregen dit door te zenden naar ,,De Darde Klokke”, echter indien er belangstelling bestaat mag men hem hem vragen om het e.e.a aan u door te geven.
    Tijdens de beschietingen op Ommen en ik dacht dat het vanaf de Lemeleberg was, zaten wij in onze eigen gebouwde schuilkelder. Wij hebben namelijk geweigerd uit het bos, de Wolfskuil,te vertrekken en hebben daar een nacht in die kelder doorgebracht.

    Like

  8. Ook ik heb mijn oorlogservaringen op papier gezet, hetgeen momenteel in het bezit is van Hans Blikman wonende in de Wolfskuil in de boerderij aan de weilanden aldaar grenzend.
    Wij hebben de beschietingen op Ommen en onze omgeving aan de lijve ondervonden.
    Wij hebben namelijk geweigerd onze plek te verlaten en hebben een nacht in onze eigen gebouwde schuilkeder, opgebouwd uit boomstammen e.d., met angst en beven meegemaakt. Die beschietingen waren niet mis.
    Inderdaad waren daar nog Duitse para’s ook in het bos aanwezig.
    Wilt u meer weten neemt u dan maar contact op met Hans Blikman aldaar.

    Like

  9. Vanuit mijn herinneringen uit WO2 reden er ook Churchill tanks bij ons in Dalsen. De foto rechtsonder het kopje ‘infanteristen 2 inch’ is tot nu toe het enige ‘bewijs’ dat ik hiervan kan vinden. Heeft iemand hier meer info over of kan iemand dit bevestigen ?

    Alvast bedankt, groeten Herman

    Like

  10. Ook Houtman was een bekende verzetsstrijder en had als ik wel heb goed contact met verzetsstrijder dhr. Seigers.
    Dan even nog een bevestiging op het geen WP v.d Wel-van Velzen schreef.
    Inderdaad is het zo, nadat de Canadezen verder trokken kwamen de Engelsen Ommen binnen die ook ter vermaak van de bevolking achter Hotel Lokin caprilolen uithaalden met hun motoren op het veldje aldaar.
    Verder nog iets voor dhr. Nagel: de artillerie beschieting duurde wel langer dan even hoor en de granaten kwamen bij ons in de wolfskuil terecht aangezien daar als laatsten nog Duitse parachutisten verbleven, die ons hadden gezegd dat wij weg moesten uit het bos. Dit hebben wij niet gedaan, maar ik heb wel doodsangsten uitgestaan. Het was echt niet mis.

    Like

  11. Er zijn geen Belgische SAS gedropt in april 1945. Wel franse en deze hadden hun HQop de Elfde Wijk gemeente Ommen. De Belgische SAS kwam met gepantserde jeeps vanuit Coevorden waar zij hun HQ hadden. Zij waren al voor de dropping in Coevorden aanwezig. De Belgische jeeps voerden verkenningsopdrachten uit voor de Canadezen. Ze zijn wel in de gemeente Ommen geweest om de Fransen te helpen die een gewonde hadden na gevechten met terugtrekkende Duitsers. De belgische sas-jeeps stonden onder command bij de Canadese 4e divisie.Verder heeft er al ruim voor de bevrijding een Belgische SAS groep in de gemeente Ommen gebivakkeerd. Zij waren gesprongen in Drenthe maar na ontdekking en gevechten met de Duitsers, zijn ze via Ommen teruggegaan naar veilig gebied. In Stegeren zijn er voor deze groep wapens en een radio gedropt. Dit was op het droppingsveld EVERT. Zij hebben toen eerst nog in de buurt hun werk gedaan waarna ze verder trokken richting Heeten.

    Like

Plaats een reactie